Na bijna zestig jaar lijkt er een einde gekomen aan het getouwtrek rond de Rijksweg A4 tussen Delft en Schiedam. De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 6 juli de bezwaren tegen het tracébesluit ongegrond verklaard. Hiermee gaat het licht op groen voor Rijkswaterstaat om het ontbrekende stuk van zeven kilometer aan te leggen.
Sinds de jaren 50 was er discussie over het stukje tussen Delft-Zuid en het knooppunt Kethelplein bij Schiedam. Tegenstanders wezen vooral op de nadelige gevolgen voor het natuurgebied Midden-Delfland. Bovendien zou het extra stuk snelweg luchtvervuiling en geluidsoverlast veroorzaken.
In 2009 kwam toenmalig minister van Verkeer en Waterstaat met het zogenaamde Tracébesluit ‘A4 Delft – Schiedam’. Na uitvoerig onderzoek sprak hij zijn persoonlijke voorkeur uit voor het verlengen van de A4 door Midden-Delfland. Dit vooral om de wegcapaciteit tussen Den Haag en Rotterdam te vergroten. Ruim twintig particuliere organisaties waren het hier niet mee eens, en vroegen de Raad van State het besluit te vernietigen.
6 Juli deed de rechter uitspraak en verklaarde alle besluiten tegen het Tracébesluit ongegrond. Om het besluit ongeldig te verklaren moeten bezwaarmakers kunnen aantonen dat de keuzes van de minister onredelijk zouden zijn. De rechter acht dit niet bewezen. Verder kwam de Raad van State tot de conclusie dat de belasting met betrekking tot geluidsoverlast en luchtvervuiling binnen de gestelde waarden blijft. Ook dit blijkt dus geen reden tot het nietig verklaren van het besluit.
Bron: VerkeersInformatieDienst
Reacties