Op woensdag 28 mei jl. heeft de Afdeling een voor de m.e.r.-praktijk heel belangrijke uitspraak gedaan in de zaak bestemmingsplan ‘Bangert en Oosterpolder’ inzake een grote woningbouwlocatie ten noordoosten van de kern Hoorn in Noord-Holland. In vijf fasen zullen maximaal 3400 woningen worden ontwikkeld. Er zijn een aantal m.e.r.-kwesties in deze zaak behandeld, die ik op hoofdlijnen hier graag wil bespreken. Maar ik raad een ieder aan om deze uitspraak vooral ook zelf te lezen, vanwege de vele consequenties ervan voor de m.e.r.-praktijk.
TOETS0408E?nvandebezwarenvandeappellantenwasdaterteweiniginrichtingsalternatievenwarenopgenomeninhetMER.Deafdelingreageertdaaralsvolgtop:"Devraagwelkealternatievenineenconcretesituatieredelijkerwijsinbeschouwingdienenteworden genomen, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval en moet mede wordenbeantwoordinhetlichtvanartikel7.10,eerstelid,aanhefenondere,vandeWetmilieubeheer."DaarvoegtdeAfdelingvervolgensnogaantoe:"Uitdegenoemde bepalingen, in onderlinge samenhangbezien,volgtdatineenMERuitsluitendalternatievenhoeventewordenbeschrevendie,watbetreftdegevolgenvoorhetmilieudiedaarvanredelijkerwijszijnteverwachten,mogelijktotrelevanteverschillenkunnenleiden."IetsverderopindezeuitspraakkomtdeAfdelingnogtothetvolgendeoordeel:"DeAfdelingoverweegthieroverdatinditgevalineenvroegstadiumeenMERisgemaaktdatineenlaterstadiumvandeplanvormingnaderisaangevuldengeactualiseerd,waardoor daarop gegronde afwegingen kondenplaatsvindenopeendaarbijpassendeplaatsindeketen van beslissingen. Appellanten hebben nietaannemelijkgemaaktdatdehiervoorweergegevenuitgangspuntenvanalternatiefEuitrapport1alszodanigonredelijkzijn."(...)"Daarbijistevensvanbelang dat uit de onder 2.4.4.1 genoemde toetsingsadviezenvandeCommissievoordem.e.r.nietblijkt dat de Commissie het ontbreken van alternatieven ten aanzien van de desbetreffende uitgangspuntenalseenleemteinkenniseninformatiebeschouwt."DeAfdelinggaatdusnietautomatischmeeineenroep om meer inrichtingsalternatieven. Dus niet`alles wat het bestemmingsplan mogelijk maakt'moetineenMERwordenuitgewerkt.Inrichtingsalternatievenmoetenquamilieugevolgenvoldoendeonderscheidendzijn,omverplichtendinhetMERtemoetenwordenopgenomen.Sterkernog,teveel(nutteloze) inrichtingsalternatieven leidt ertoe datbesluitnemershetoverzichtkunnenverliezenendedoorwerking van het MER in de besluitvormingneemteerderafdantoe.IkbenergblijdatdeAfdelinghierdezijdevandebesluitnemerskiestennietdie van de informatievragers, die zich heel vaakgedragenals`rupsjenooitgenoeg'.MetdezekeuzeschaartdeAfdelingzichookachterdeintentievanm.e.r.:eenondersteuningsinstrumentindebestuurlijkebesluitvorming,waarbijhetmilieubelangdoorgoedeinformatieeensterkerepositiekankrijgen.En goede informatie is daarbij niet identiek aanmeerinformatie.HelderheidDezeuitspraakverschaftookhelderheidoverzogenaamde`gemengdebestemmingsplannen',datzijnbestemmingsplannendietendeleplanm.e.r.plichtigzijnentendelebesluitm.e.r.plichtig.Indiesituatiemoetsowiesovoorhetgehele(woningbouw)projecthet MER worden opgesteld en dan verwerkt ?vanwege de besluitm.e.r.plicht, op dat momentdem.e.r.plicht?enhoeftmennaderhandnietmetaanvullingen op het MER te komen bij ieder navolgend concreet bestemmingsplan. De Afdelinggeeft heel helder aan dat op het eerste besluitm.e.r.plichtigemomentalleinformatieinzakehetproject aanwezig moet zijn en dat dan voor hetgeheleprojectdem.e.r.plichtwordtverwerkt.Deze uitspraak is vooral ook belangrijk voor dem.e.r.praktijk,omdatdeconcreetheidsenactualiteitseisenvandeLeeuwardenZuidjurisprudentieverlatenworden. Ook hoeft niet alleen een `worstcase'scenariobeschreventeworden("degevolgenvanwathetplanmaximaalmogelijkmaakt"),maarermagineenMERmeteenbandbreedtebenaderingworden gewerkt. Juist voor complexe ruimtelijkeplannen,dieineenaantalfaseswordengerealiseerd,isdatvangrootbelang.UiteindelijkdoetdeAfdelingookbelangrijkeuitsprakenoverdeLindervelddoctrine:ineersteinstantieleekheteropdat`allenoodzakelijke maatregelen' in het voorliggendem.e.r.plichtige besluit moesten worden opgenomen.DieeiswordtgenuanceerddoordeAfdeling.Nietiederemaatregelisookeennoodzakelijkemaatregel,daarmoetdusgoedopgeletworden.DeAfdelingzegtdaarover:"Voorzoverderaadnaeendergelijkeinventarisatietothetoordeelkomtdatbepaaldemaatregelennietnoodzakelijkzijnterbeperking,danweltercompensatievandenadeligemilieugevolgen van de voorgenomen activiteit,behoeven deze niet dwingend in het bestemmingsplantewordenvoorgeschreven."GelijkaansluitendopdezeopmerkingkomtdeAfdelingmeteenheelbelangrijkevingerwijzing:"Hetzelfdegeldtvoor maatregelen ten aanzien waarvan reeds opeen andere wijze is verzekerd dat deze zullenwordengetroffen."Hierbijkangedachtwordenaanvoorwaarden die worden gesteld in de ontheffingsverlening in het kader van de Flora enfaunawetofdeNatuurbeschermingswetvergunningverlening.Ikverwachtdatdezeuitspraakdem.e.r.praktijkinpositievezinzeerzalhelpen.Behandelde uitspraak:? ABRvS, 28 mei 2008, nr. 200608226/1jurisprudentieBANGERTENOOSTERpOLDER:EENOMMEkEER?!Opwoensdag28meijl.heeftdeAfdelingeenvoordem.e.r.praktijkheelbelangrijkeuitspraakgedaanindezaakbestemmingsplan`BangertenOosterpolder'inzakeeengrotewoningbouwlocatietennoordoostenvandekernHoorninNoordHolland.Invijffasenzullenmaximaal3400woningenwordenontwikkeld.Erzijneenaantalm.e.r.kwestiesindezezaakbehandeld,dieikophoofdlijnenhiergraagwilbespreken.Maarikraadeeniederaanomdezeuitspraakvooralookzelftelezen,vanwegedeveleconsequentieservanvoordem.e.r.praktijk.StevenpietersMr. S. Pieters (spieters@eia.nl), werkzaam bij deCommissie voor de m.e.r., schreef deze bijdrage oppersoonlijke titel.
Reacties