Uit recent onderzoek van het RIVM blijkt dat gezondheid vooralsnog een weinig prominente plaats heeft in milieueffectrapportages en Strategische Milieubeoordelingen. Als het onderwerp al aandacht krijgt, gebeurt dat impliciet en via toetsing aan milieunormen. Andere aspecten van gezondheid, zoals leefstijl, sociale omgeving en (toegang tot) zorg komen zelden aan de orde. Van integratie van gezondheid in m.e.r. worden positieve effecten verwacht. Betekent dit dat er nu snel een heuse gezondheidstoets in het leven geroepen moet worden? In elk geval is bevordering van deskundigheid van belang.
TOETS020624DErOlvangEzOnDhEiDSEffEcTEninm.E.r.EnSmBm.E.r.nOgniETgEzOnD?UitrecentonderzoekvanhetrivmblijktdatgezondheidvooralsnogeenweinigprominenteplaatsheeftinmilieueffectrapportagesenStrategischemilieubeoordelingen.alshetonderwerpalaandachtkrijgt,gebeurtdatimplicietenviatoetsingaanmilieunormen.andereaspectenvangezondheid,zoalsleefstijl,socialeomgevingen(toegangtot)zorgkomenzeldenaandeorde.vanintegratievangezondheidinm.e.r.wordenpositieveeffectenverwacht.Betekentditdaternusneleenheusegezondheidstoetsinhetlevengeroepenmoetworden?inelkgevalisbevorderingvandeskundigheidvanbelang.leadenBroederGEZONDHEIDFOTO:PETERDEKONINGOokprojectendiehinderveroorzaken(geluidofgeur),kunnenleidentotinspraakreactieswaaruitzorgspreektvoordegezondheidseffecten.TOETS020625De aanleiding voor het (verkennend) onderzoek naar de posi-tie van gezondheidseffecten binnen m.e.r. en SMB is doel-stelling 7 uit het Actieprogramma Gezondheid en Milieu.Daarin hebben de ministeries van VWS en VROM aangege-ven dat zij zich zullen inzetten om gezondheidseffecten be-ter mee te wegen in de besluitvorming. Hierbij wordt aansluiting gezochtbij het gebruik van bestaande toetsen, zoals de milieueffectrapportage.Het rapport met de onderzoeksresultaten, handelend over integratie, is zelfeen resultaat van integrerend werken. De samenstellers zijn afkomstig uitdrie werkvelden: de milieu-epidemiologie, de medische milieukunde en depublieke gezondheid. Bovendien is samengewerkt door twee instituten: hetRIVM en de Commissie voor de milieueffectrapportage. Veel personen, even-eens met zeer verschillende achtergronden, hebben bovendien als respon-denten bijgedragen aan de totstandkoming van het rapport.Waaromgezondheidinm.e.r.In wet- en regelgeving is vastgelegd in welke gevallen een m.e.r. nodig is bijde besluitvorming. M.e.r.-plichtige projecten bestaan uit ingrepen in defysieke leefomgeving. De belangrijkste achtergrond van de m.e.r.-verplich-ting is het besef dat dergelijke ingrepen soms (schadelijke) milieueffectenveroorzaken. De fysieke leefomgeving en milieufactoren oefenen belangrij-ke invloed uit op gezondheid. Het ligt dan ook voor de hand om in eenm.e.r. ook aandacht te besteden aan mogelijke gezondheidseffecten.Een tweede reden om gezondheid een plaats te geven in m.e.r. is gelegen inhet belang dat burgers hechten aan bescherming van hun gezondheid.Vooral projecten waardoor belangrijke emissies naar de lucht of ernstigehinder (geluid of geur) worden verwacht, leiden regelmatig tot inspraak-reacties waaruit zorg spreekt voor met name de gezondheidseffecten van devoorgenomen ontwikkelingen.Ten slotte, en dit wordt vaak uit het oog verloren, is de uiteindelijke motiva-tie om schade aan het milieu te beperken of voorkomen: de gezondheid enhet welzijn van burgers. Impliciet ligt gezondheid dus aan de basis vanm.e.r. zelf.Naast deze inhoudelijke redenen bestaan er meer formele aanleidingenvoor integratie vangezondheidsaspecten in m.e.r. De Europese richtlijn voorStrategische Milieubeoordeling, die vanaf 21 juli 2004 van kracht is in deEU-lidstaten, bepaalt dat er bij een SMB onder meer moet worden gekekennaar gezondheidseffecten. Het Ministerie van VROM werkt momenteel aande implementatie van de SMB-richtlijn in de nationale wetgeving. Daarbij isook een doel de huidige overlapping van de m.e.r. en SMB ongedaan temaken.Een andere internationale ontwikkeling die bijdraagt aan de urgen-tie van het integreren van gezondheid in SMB is het door Nederland medeondertekende protocol over SMB van de United Nations Economic Commis-sion for Europe (UN/ECE). In dit protocol, waarmee de ondertekenaars over-eenkomen om milieueffecten van beleidsplannen te beoordelen, staatgezondheid expliciet vermeld: `Each Party shall ensure that a strategic envi-ronmental assessment is carried out for plans and programmes referred toin paragraphs 2, 3 and 4 which are likely to have significant environmental,including health effects' (UN/ECE, 2003: art 4 lid 1). De kabinetsnota overpreventie `Langer gezond leven: ook een kwestie van gezond verstand' stiptde genoemde internationale ontwikkelingen aan. Nederland, zo staat in deNota, 'levert een bijdrage aan het brengen van eenheid in de beleidsrappor-tage over gezondheid en milieu'.vraagstellingenmethodeHet probleem dat in het onderzoek centraal stond is tweeledig. Ten eerste iser nog geen overzicht van mogelijkheden en onmogelijkheden om in hetkader van een m.e.r. gezondheidseffecten in brede zin te beoordelen. Datbetekent naast milieugerelateerde effecten ook effecten die veroorzaaktworden door veranderingen in de sociale leefomgeving of veranderingen inleefstijl. Ten tweede bestaan er nog geen op de Nederlandse situatie toege-spitste hulpmiddelen om dit ook daadwerkelijk te doen. De vraagstellingvoor het onderzoek luidde daarom:1. Kan de beoordeling van gezondheidseffecten van projecten of beleid inm.e.r. worden ge?ntegreerd?2. Wat zijn de kenmerken van een instrument dat bijdraagt aan betere in-tegratie van gezondheid in m.e.r. en SMB?Om deze vragen te kunnen beantwoorden zijn om te beginnen negenrecente en uiteenlopende milieueffectrapportages geanalyseerd, om te be-palen welke plaats gezondheid op dit moment al in m.e.r. inneemt. Verderzijn mogelijkheden tot integratie bestudeerd zoals die uit de literatuur naarDE AUTEURLea den Broeder (030-2742735, lea.den.broeder@rivm.nl) iswerkzaam bij het Centrum voor Volksgezondheid ToekomstVerkenningen van het RIVM.VooRbEElDEn VAn inVloED opgEzonDhEiDsDETERminAnTEnGezondheidseffecten van plannen en projecten komen in de regel tot standvia veranderingen in de factoren die gezondheid bepalen, de gezondheids-determinanten. In het gezondheidsmodel van het Centrum voor Volksgezond-heid Toekomst Verkenningen zijn de gezondheidsdeterminanten ingedeeldin vijf groepen: (1) fysieke omgeving, (2) sociale omgeving, (3) leefstijl, (4)(toegang tot) zorg, (5) persoonskenmerken. Het is niet aannemelijk dat m.e.r.-plichtige projecten persoonskenmerken be?nvloeden. De vier andere groepenvan gezondheidsdeterminanten kunnen wel be?nvloed worden. Enkelevoorbeelden daarvan:? Wegenbouwprojecten kunnen leiden tot luchtvervuiling (fysieke omge-ving) met als gevolg verergering van klachten bij luchtwegaandoeningen.Wegen kunnen zorgvoorzieningen (zorg) beter bereikbaar maken of juisteen barri?re opwerpen. De inrichting van het wegennet is van invloed ophet verkeersgedrag (leefstijl) met als consequentie minder of juist meeronge-vallen met letsel.? Plannen betreffende recreatieve bestemmingen kunnen leiden tot overlast(sociale omgeving). Dit kan gevolgen hebben voor de psychischegezondheid. Maar ook heeft actieve recreatie zoals wandelen en fietsen(leefstijl) een gunstig effect op de preventie van onder andere overgewichten hieraan gerelateerde aandoeningen.? De aanleg van een bedrijventerrein kan werkgelegenheid bieden (socialeomgeving) en daarmee gezondheidsproblemen die met werkloosheidsamenhangen, zoals psychische klachten, verminderen.ten, verminderen.TOETS020626voren komen. Tenslotte zijn de idee?n, meningen en attitudes van betrok-kenen bij m.e.r. verkend via een web-enqu?te (54 respondenten) en 5 hieropvolgende interviews.conclusiesUit de analyse van bestaande m.e.r.'s, het literatuuronderzoek, de enqu?tesen de interviews, komt naar voren dat van integratie positieve effectenworden verwacht, zoals betere communicatie met burgers, betere onder-steuning van besluitvorming, het meewegen van nieuwe gezondheids-aspecten en een bijdrage aan duurzame ontwikkeling. Bij betrokkenenbij m.e.r. bestaat bereidheid om gezondheid, breed gedefinieerd, meer bijmilieueffectrapportages te betrekken. Ook is er belangstelling voor eenhandreiking die hiervoor gebruikt kan worden (zie kader). Een hand-reiking voor integratie van gezondheid in m.e.r. kan echter alleenbehulpzaam zijn als hij voldoet aan de vraag van actoren in het m.e.r.-veld. Er bestaat blijkens de verkenning behoefte aan objectieve criteriaom te bepalen aan welke aspecten aandacht besteed moet worden bij eenspecifiek project of plan. Belanghebbenden, vooral de bestuurlijk verant-woordelijken, maken zich wel zorgen over een te breed geori?nteerde entijdrovende procedure. Met andere woorden: een handreiking voor inte-gratie op maat ?n met mate, met een nadruk op screening en scoping.Dit zijn immers de fasen aan het begin van een m.e.r.-traject, waarinbepaald wordt waarnaar de aandacht in het milieueffectrapport moetuitgaan.PraKTiJKWEErBarSTigErDanDElEErDe studie heeft echter ook laten zien dat in de praktijk, zowel in Nederland alselders, gezondheid een weinig prominente plek in m.e.r. inneemt.Ondanks kansrijke idee?n en initiatieven en reeds ontwikkeld instrumenta-rium ondervindt men vaak problemen bij integratie van gezondheid in m.e.r.Er moet dus worden geconcludeerd dat de praktijk weerbarstiger is dan deleer. Naast een handreiking zal dan ook aandacht nodig zijn voor de volgendeaspecten.GEZONDHEIDhAnDREikingOp basis van dit onderzoek wordt momenteel gewerkt aan een digitalehandreiking voor integratie van gezondheid in m.e.r. in de screening- enscopingfasen. Per type m.e.r.-plichtig project geeft de handreiking aan welkegezondheidsaspecten echt relevant zijn, inclusief een onderbouwing daarbij.De handreiking biedt bovendien aanknopingspunten hoe deze gezondheids-aspecten in de m.e.r.-procedure ge?ntegreerd moeten worden. Zo bevat hijinformatie over verschillende methoden om gezondheidseffecten nader teonderzoeken. De handreiking moet toegankelijk, snel en eenvoudig toepas-baar zijn. Er is immers weinig draagvlak voor integratie van gezondheid inm.e.r. wanneer dit veel tijd en geld kost.Wegenbouwprojectenkunnenleidentotluchtvervuiling(fysiekeomgeving)metalsgevolgverergeringvanklachtenbijluchtwegaandoeningen.FOTO:NIEUWSBLADBRABANTSCENTRUM-BOXTELTOETS020627? Allereerst bestaat er slechts zeer globale wet- en regelgeving omtrentgezondheid en m.e.r. Wet- en regelgeving kan blijkens ons literatuuron-derzoek ondersteunend zijn. Toch lijkt in de Nederlandse situatie gede-tailleerde verankering in wetten en regels geen absolute voorwaardevoor integratie van gezondheid in m.e.r. Belangrijker is dat instantiesmet voldoende invloed zich sterk maken voor integratie van gezond-heid in m.e.r. Dit kunnen bijvoorbeeld de ministeries van VWS en VROMof andere belangrijke instanties zijn.? Van groot belang is daarnaast het bevorderen van deskundigheid vanverschillende actoren in het m.e.r.-veld. De mate van deskundigheid ver-schilt naar gelang de rol die betrokkenen bij m.e.r. spelen, van `bewust-zijnsniveau' bij bestuurlijk verantwoordelijken en initiatiefnemers tot`expertniveau' bij diegenen die de gezondheidsaspecten analyseren.? Een belangrijk punt is de communicatie tussen de verschillende sec-toren, enerzijds ruimtelijke ordening en milieu en anderzijds volksge-zondheid. De sectoren spreken deels verschillende `talen'. Een vertaal-slag is nodig om vanuit een gezondheidsoogpunt te kunnen bijdragenaan m.e.r. Een model dat gezondheid uitlegt als een resultaat van ver-schillende determinanten biedt uitkomst. De determinanten zijn uit tewerken in bewoordingen die dicht liggen bij het taalgebruik in hetm.e.r.-veld.Opnaareengezondheidstoets?Tot nog toe is aandacht voor gezondheidsoverwegingen nog geen gemeen-goed in de m.e.r.-praktijk. Zou een specifieke gezondheidstoets dan soelaasmoeten bieden? Op basis van de bevindingen in deze studie lijkt dat nietRAppoRT DownloADEnHet rapport waarop dit artikel is gebaseerd is te downloaden op de sitevan RIVM: www.rivm.nl.Titelbeschrijving: J.M. den Broeder, F.F. van Zoest, M. van Bruggen,A.B. Knol,A.J.P. van Overveld, B.C. Rademaker: Gezondheid in milieueffectrappor-tage en strategische milieubeoordeling; Verkenning van de mogelijk-heden tot integratie, RIVM 2005, rapport nummer 270001001/2005.AAnbEVElingEn UiT hET RiVm-RAppoRTDe volgende activiteiten zijn ondersteunend voor integratie van gezondheidin m.e.r.:1. Opstellen van een handreiking die helpt te bepalen aan welke gezondheids-determinanten aandacht besteed moet worden bij m.e.r.-plichtige projecten.De selectie van gezondheidsdeterminanten moet op basis van duidelijkecriteria plaatsvinden. Bij de ontwikkeling van de handreiking kunnen dein dit onderzoek ge?dentificeerde richtlijnen, checklists en instrumentenals uitgangspunt dienen. De handreiking moet daarbij:- passen bij cultuur en taal van het m.e.r.-veld;- eenvoudig toepasbaar zijn;- aandacht besteden aan cumulatie van effecten.De toepassing van de handreiking dient niet beperkt te blijven tot m.e.r.2. Ontwikkeling van een programma om kennis en vaardigheden ten aanzienvan integratie van gezondheid in m.e.r. te verbeteren. Doelgroepen zijn hetbevoegde gezag, initiatiefnemers, m.e.r.-schrijvers en GGD-medewerkers.Het programma moet differenti?ren naar het benodigde deskundigheids-niveau. Een koppelingvan dit programma aan de te ontwikkelen hand-reiking ligt voor de hand.3.Toegankelijker maken van informatie over gezondheidsdeterminanten ende daaraan gekoppelde gezondheidseffecten die vaak relevant zijn voorm.e.r.-plichtige projecten en plannen. Ook is informatie nodig overmethoden om die effecten te bepalen. Het nieuwe Centrum Milieu,Gezondheid en Veiligheid zou deze informatievoorziening kunnen facili-teren. Doelgroepen zijn m.e.r.-schrijvers en bestuurlijk verantwoordelijken.4. Ondersteuning van integratie van gezondheid in m.e.r. door belangrijkeinstanties waaronder de Ministeries van VROM en VWS.Vooral moetge?nvesteerd worden in communicatie over dit onderwerp gericht ophet bevoegd gezag, ofwel de beslissers over m.e.r.-plichtige projecten.De kernboodschap is dat aandacht voor gezondheid binnen m.e.r. nietalleen wenselijk maar ook mogelijk is.5.Wet- en regelgeving ter ondersteuning van integratie van gezondheidin m.e.r. Een alternatieve optie is om in communicatie over de bestaandewet- en regelgeving het (reeds hierin opgenomen) gezondheidsaspectsterker te benadrukken.noodzakelijk. Ondanks alle twijfels, knelpunten en `taalproblemen' blijkende intenties van betrokkenen immers in beginsel positief waar het gaat omintegratie van gezondheidsaspecten in m.e.r. Belangrijker is nu om te latenzien dat het mogelijk, haalbaar en zinnig is om gezondheidsaspecten eenplaats te geven in m.e.r.. Dat kan echter alleen in de praktijk blijken. Daar-om wordt nu gewerkt aan een praktische handreiking voor het meenemenvan gezondheid in m.e.r. (zie kader). G??n aparte gezondheidstoets dus,maar een hulpmiddel dat past binnen de m.e.r.-procedure zoals die er nuuitziet. Zo'n hulpmiddel kan, gekoppeld aan deskundigheidsbevordering,de gewenste integratie een stap dichterbij brengen.
Reacties