TOETS010712De ruimtelijke opgaven waarvoor wij staan zijn immens en ver-anderen voortdurend. Lokaal, regionaal, provinciaal, natio-naal ? in die volgorde. Verdubbeling van de woningbouwop-gave, inbreiding, kwaliteitsverbetering, intensivering,functiecombinaties, duurzaamheid, herori?ntatie landelijkgebied, beperking van fijn stof, zeespiegelstijging, bouwen in dorpen, vrijko-mende agrarische gebouwen, vrijkomende defensieterreinen, binding vanmens aan omgeving, behoud van jongeren in kleine kernen... enzovoort.Altijd is er een grote maatschappelijke complexiteit, mondige burgers, gro-te regeldichtheid en debat over kwaliteitscriteria. Dit leidt tot spanning:weinig ruimte voor innovatie staat tegenover een grote noodzaak daartoe.Ook buitelen doelstellingen en ambities over elkaar heen; iedereen heefteen visie. Toch kan niemand het alleen af. Vrijwel iedere ruimtelijke opgaveis een gezamenlijke opgave; parallel of volgtijdelijk, gewild of ongewild. Ie-dere betrokkene heeft innovatieve kwaliteiten en is daar terecht trots op.Het lukt de ruimtelijke ordening echter te vaak niet om tot realisatie te ko-men. Voor deze grote opgaven en stevige ambities schieten de traditioneleinstrumenten tekort. Dan hebben wij het over instrumenten in de juridi-sche en de financi?le kolom: regels en subsidies. "Als je in Nederland eenidee hebt, staat meteen het toetsend deel der natie op", aldus een HoofdStedelijke Ontwikkeling bij een gemeente, een van de ruimtelijke ordenaarsdie aan het woord komen in het binnenkort verschijnende boek `Doping inde ruimtelijke ordening'.Nu werken de combinatie van de stok (strakke normen) en de wortel (geld)vaak prima. Of moeten we zeggen: werkten prima? Te vaak blijkt immersdat regels en subsidies all??n niet tot het gewenste effect leiden. De ambitieis er nog wel om aan de overkant te komen, maar tussen de ambities en hetdoelbereik van het eigen instrumentarium zit soms een groot gat.Stimulering is de doping die nodig is om de ambities w?l waar te maken.DEruimTElijkEOrDEningkanniETmEErzOnDErDOping!inmaartverschijntbijuitgeverij?neashetboek`Dopinginderuimtelijkeordening;Witboekoverstimulerendemiddelenindestrijdomruimtelijkekwaliteit'.Ditboekbelichteenbeleidsinstrumentariumdatiedereenkent,maardatzogoedalsnooitwordtbeschreven:stimulering.Hetboekrichtzichopbeleiddatnietmetsubsidiesofwettelijkeregelstotstandkomt,maarmetsociaalinstrumentarium.Demetafoordiedeauteursgebruikenisdievan`doping':metstimulerendemiddelentotexcellenteprestatieskomen.Eenvoorpublicatie.remkoiedema,gebrandnaeff,Toonvanderpas&peterDauvellierdopingStimulering werkt anders dan gebruikelijk. Hoewel: veel van de instrumen-ten zullen u heel bekend voorkomen. Waar het vaak aan ontbreekt, is eensamenhangende inzet daarvan. Een inzet en een gebruik vanuit een visiedie inspeelt op de typische kenmerken van het stimuleringsinstrument.WoordenboekEerst iets over de middelen zelf. Het boek bevat een woordenboek. Wie zichverdiept in het gebruik van stimulerende middelen in de ruimtelijke orde-ning ziet al snel vergelijkbare begrippen en instrumenten opduiken. Metwoorden als doelgroep, strategie, congres, subsidie, bijdrage, programma,TOETS010713DE AUTEURsDe auteurs hebben samen het binnenkort verschijnende witboek`Doping in de ruimtelijke ordening' geschreven.Remko Iedema (06-52475806, r.iedema@apeldoorn.nl) is als interninterim-manager werkzaam bij de managementpool van de gemeenteApeldoorn.Gerbrand Naeff (06-54932339, gn@naeff.com) is zelfstandig consultant.Toon van der Pas (06-51180625, pas2@planet.nl) is zelfstandig adviseur.Peter Dauvellier (0566-622354, info@dauvellier.nl) is zelfstandigadviseur.13kennis, pilot, overdracht, experiment, voorbeeldproject enzovoort. Een lijstvan die stimulerende middelen is net als een woordenboek heel handigvoor het overzicht en voor het mogelijke gebruik. Toch is het onvoldoendeer meteen mee aan de slag te gaan. Het is net als bij een vreemde taal: dewoorden kennen is nog wat anders dan ze in een gegeven situatie om te zet-ten in zinnen die voor de omgeving zinnig zijn.Met stimulerende middelen is het niet anders. Je moet de regels kennen omde middelen goed toe te passen. Om verder te komen en te verfijnen. Dezeingredi?nten vormen op zichzelf nog niet het recept voor stimulering, daar-voor is m??r nodig. Daarvoor zult u moeten doordringen in de essentie vanuw stimulerende of faciliterende rol. Dit onderscheid tussen middel en stra-tegie, tussen ingredi?nten en recept, klinkt ? want ?s ? logisch. In de praktijkworden ze echter vaak verward, wordt het middel gezien als de strategie.analyseU kunt stimulerende middelen niet zomaar klakkeloos toepassen. Voor eeneffectieve inzet moet u de essentie van de werking begrijpen. En u moet we-ten of uw situatie zich ervoor leent. In beleidstermen vertaald: topprestatiesvragen om een analyse van doelen, omstandigheden, middelen en tijdstip-pen. Vaak zullen juridische en financi?le middelen worden ingezet en diekunnen tot een prima resultaat leiden. Maar even vaak ontbreekt er iets omdaarmee echt de top te halen. Of ontbreekt er een heleboel. Met de inzet vanstimulerende middelen kan de zo noodzakelijke progressie weer w?l wordenbereikt. Het gaat om die extra impuls, om een toevoeging aan het `trainings-arsenaal'. Stimuleren werkt, maar vooral in specifieke omstandigheden werktuiTDElijSTvanSTimulErEnDEmiDDElEnHetboek`Dopinginderuimtelijkeordening'gaatveeluitgebreiderinophetstimulerendinstrumentarium.inditkadergevenwehiervaneeneersteimpressie.Voorbeeldproject, pilot enzovoortvoorbeeldenzijnerinvelesoortenenmetveelbedoelingen.Somsgaathetomonderzoek(kijkenofhetwerkt),somsstaatdeverbeeldingvoorop(uitproberenvaneenambitie),danweerligthetaccentopdemonstratie(latenziendathetwerkt),ofopinnovatie(vrijeruimteomteexperimenteren).Voor wie? Alle doelgroepen.Watbereikenwe? veellatensamenkomenin??nproject. Erkenningenherkenning. vernieuwingofconcreetmaken.risico's? Brijvanvoorbeeldprojecten. aandachtebtwegnauitvoering. innovatiebeperktzichtotdepilotzelf, verbreedtniet.geenfunctieinhet totaalplaatje.inspiratiepunt: innovatieprogrammaStedelijke vernieuwing(ipSv),Belved?re (cultuurhistorie),Stimuleringsprogram- maintensiefruimtegebruik(Stir).Een `vliegende brigade'Devliegendebrigadeiseenaldannietbetaaldepoolvandeskundigendieactiefkennisinzettenenverspreiden.Tedenkenvaltaanervarenprojectleiders,deskundigenvandepartementen,wetenschappersenconsultants.Dezevliegendebrigadekanwordeningezetvoorhetbesprekenvancomplexekortetermijnvraagstukkenindeprojecten.Debrigadevliegtinnaardebrandhaardenzorgtvooreenanalysedieleidtnaareenoplossing.Voor wie? Specifieke doelgroepen.Watbereikenwe? Directeprobleemoplossing,directe toepassing,kennisvergrotingbijde brigade.risico's? mismatchtussenvraagen deskundigheid.Tevluchtigvooreen echtedoorbraak.inspiratiepunt: vliegendebrigade(vliBri)ruimte voorderivier.aanjaagteams woningbouwproductievrOm.Een manifestatieEenjaarlijksemanifestatieisdeontmoetingsplaatsvooralledoelgroepeneniseenvastijkpuntinhetwerkprogramma.Demanifestatiezethoogin:hetiseengrootschaligebijeenkomstmeteenduidelijkedoelgroep.Demanifestatiepresenteertalleelementenvanhetprogramma,duszowelprojecten,thema's,beleidalsdiscussiepunten.Wijstellenonsvoordatdemanifestatiegeenvasteformulekent,maarperkeerweerverrassendis.Voor wie? Brede doelgroepen ?hoge positionering.Watbereikenwe? Bredekennisdelingen-overdracht, enthousiasmeenbetrokkenheid, imagoverbetering.risico's? vlakheid,onopvallendheid,routine.inspiratiepunt: Stir,ipSv,Dubodag,Durp(Digitale uitwisselinginruimtelijkeprocessen), relevant(externeveiligheid).TOETS010714dopingkErncOnDiTiESvOOrSTimulEringEersteconditie:instrumentariumnietinbalansmetambitiesStimulerenheeftvooralzinalsuw(beleids)ambitiesmetdetraditioneleinstrumentennietofinonvoldoendematezijntebereiken.Tweedeconditie:ambitiesblijvendesondanksovereindOndanksuwzwakkepositieinhetkrachtenveld,houdtualsinitiatief-nemertochvastaanuwambities(dusondankshet`niet-kunnen'blijfthet`willen').Desleutelvoorsuccesligtinhandenvanuwdoelgroep!"Absolute beheersing is een illusie en leidt alleen maar totverkramping. Vertrouwen geven leidt daarentegen tot creativi-teit. Je moet er geloof in hebben dat betrokkenen hun moge-lijkheden en kansen maximaal zullen uitnutten en daarin al hunenergie zullen steken. Deelnemers aan stimuleringsprojectenherken je aan de `lichte koorts' waarin ze voortdurend verkeren.Pak als initiatiefnemer bewust je eigen rol in die processen enwees daar trots op." (Hoofd projectontwikkeling gemeente)Derdeconditie:duurzamegedragsveranderingbeoogdustreeftalsinitiatiefnemereenprestatienadieopdelangetermijnduurzaamzalzijnendusafhankelijkisvaneenblijvendegedragsver-anderingbijuwdoelgroep.vierdeconditie:actieveroldoelgroepennoodzakelijkuwiltalsinitiatiefnemeruwdoelgroepenineenactieverolplaatsen;zebewegenomzelftedoenenzelfteontdekken."We proberen nu meestal van tevoren het (nog onbekende)succes te defini?ren! Maar het stimuleren van innovatie is juistde kunst van het loslaten; onzekerheid over de afloop accepte-ren. Dat moet je koesteren; je moet blij zijn met onzekerheid."(Directeur kenniscentrum)het echt heel goed. En om maar direct een mogelijk misverstand weg te ha-len: stimuleren is niet makkelijk. Er komt heel wat bij kijken als u voor`goud' wilt gaan!Stimulerende middelen brengen in de ruimtelijke ordening prestaties bin-nen bereik die met de gebruikelijke manier van werken niet gehaald wor-den. Stimuleren is vaak effectief, inspirerend, goedkoop, leuk en leidt totblijvend resultaat. Voldoende reden om de mogelijkheden voor stimuleringgoed te verkennen. Wij zien vier belangrijke uitgangspunten ? kerncondi-ties, zie kader ? om stimuleren met succes toe te passen in de strategie omde top te bereiken.Eenschoolvoorbeeld:StirHet klinkt mogelijk wat abstract en ver weg. Maar dat is het niet. Het boeklaat veel mensen uit de praktijk aan het woord. Een voorbeeld kan verderduidelijk maken wat wij bedoelen. Neem het Stimuleringsprogramma In-tensief Ruimtegebruik (StIR).ambitieHet was medio jaren negentig duidelijk dat er een kentering in het denkenover ruimte noodzakelijk was. Ruimtelijke ordening `kostte' steeds meerruimte; dat kon toch niet de bedoeling zijn. Deels was dat een cultuur die erwas ingeslopen, maar er waren ook belangrijke oorzaken in bijvoorbeeldhet rijksbeleid, het scheiden van functies en in de financi?le mogelijkhe-den. Iedereen in Nederland was het erover eens: het moest anders.kortepolsstokZiet u het voor zich: tot zuinig ruimtegebruik dwingen met zoiets als de`Wet tot Behoud van Ruimte'? Een wet die bijvoorbeeld voorschrijft dat erten minste 50 woningen op een hectare moeten komen of dat er een floor-space-index van 1,0 of meer op een bedrijventerrein gehanteerd moet wor-den. Het past wel in onze cultuur van orde en regelzucht, maar iedereen zalinzien dat de inzet van het wettelijke instrumentarium niet de juiste weg is.Subsidie dan? Voor het programma waren enkele tientallen miljoenen eu-ro's beschikbaar. Met een dergelijk bedrag was het niet mogelijk om sturingte geven aan de miljardeninvesteringen in de bouw. Conclusie: de polsstokvan het traditionele instrumentarium is veel te kort.anderesamenleving,nieuwekansenGelukkig barstte het in de samenleving van de goede idee?n, die er bijna omschreeuwden om bekendgemaakt te worden. Geen centrale sturing met op-lossingen vanuit het Rijk; integendeel, juist de oplossingen van gemeenten,ontwikkelaars, bewonersgroepen, corporaties, bedrijven, investeerders, ar-TOETS010715chitecten en stedenbouwkundigen een zetje in de rug geven. Een kaderbieden waarbinnen ze pasten, een forum waarmee ze naar buiten kondentreden, aandacht trekken en erkenning krijgen ? dat was de insteek van destrategie.StimulerendbeleidHet wachten was op het eerste schaap. U weet wel, als dat maar over dedam is. Dus een aanpak gekozen met stimulerende middelen. Prikkelen,showen, uitdagen, contact leggen, dealen. Dat zijn de woorden die daar bijpassen. Dat was de `doping' die het ministerie van VROM verstrekte. Hetwerd de moeite waard. En het werkte uitstekend.Met de start van het Stimuleringsprogramma Intensief Ruimtegebruik(StIR) vielen immers veel zaken op hun plaats. Waar eerst vele bloemenbloeiden, werd intensief ruimtegebruik nu een winnend item, ontstond ereen sfeer waarin sluimerende idee?n tot uitvoering konden worden ge-bracht. Soms met hulp, maar vaak helemaal zonder; het momentum endat beetje aandacht waren vaak al genoeg. StIR scoorde positief, in elk ge-val bij de doelgroep. Prestaties, daar ging het om. En die werden bereikt.Veel scherper dan voorheen wordt sindsdien aandacht besteed aan het bou-wen in de bestaande stad, slimme oplossingen van dubbel ruimtegebruik,ondergronds bouwen, functiecombinaties enzovoort.instrumentenEen waaier aan instrumenten. Daarmee werd het stimuleren vormgege-ven. Geen vast pakket, maar wisselend en reagerend op initiatieven vanpartijen en respons vanuit de doelgroep. Een dragend element werd ge-vormd door voorbeeldprojecten, die als een soort motor voor het program-ma fungeerden. Doelgroepen werden uitgenodigd hun idee?n in te dienenvoor oplossingen rond een aantal thema's. Thema's die ze zelf mee haddenuitgekozen. Die bovendien ruimte boden aan de beleidspartners van VROM.De overlap in de beleidsvelden leidde weer tot gezamenlijk optrekken en(financi?le) participatie in het programma. De doelgroep toonde zich zeerverheugd over dit ontstijgen van de `Haagse Zuilen'.Veel, heel veel communicatie. En voortdurende interactie. Congressen, pu-blicaties, bijeenkomsten, excursies... geen middel bleef onbeproefd. Weten-schap, het onderwijs en de wereld van de nascholing activeren. Uitwisse-ling tussen organisaties bevorderen. Allianties smeden. Maar bovenal deniet-aflatende inspanning om de doelgroep in een actieve rol te plaatsen,door directe interactie en het delen van verantwoordelijkheden.Niet alle inspanningen kwamen van de grond. Een `hulpteam' met deskun-digen dat als een vliegende brigade ingezet kan worden bleef op de teken-tafel. Voor een topberaad met opinion-leaders werden te weinig handen opelkaar gebracht. Het terugploegen van de `lessons learned' uit de voor-beeldprojecten naar het generieke beleid kreeg geen enthousiast onthaal.Dat gaf niets, het is geprobeerd. De focus lag daarbij niet op de middelen,maar op het doel. En ook deze mislukte pogingen gaven beweging. Watoverheerst is het enthousiasme dat is teweeggebracht. De doelgroep kwamecht in beweging en spreekt er nu nog over."Het gaat om uitvoeren, om verwezenlijken en om de steun die je krijgt om stappenvooruit te nemen. Stimuleren gaat niet om geld. Het gaat om het herkennen vanidee?n door vakgenoten die hun positie gebruiken om je vooruit te helpen. Om de ter-reur van de toetsers te doorbreken. Het voelen van steun, het gevoel dat je wordt ge-zien, dat is het belangrijkst." (Hoofd Stedelijke Ontwikkeling gemeente)BijwerkingenNet als bij doping is het bewijs van verband tussen de inzet van de stimule-rende middelen en de prestatie moeilijk te geven. Sterker nog: in de sportzal dat verband bij voorbaat worden afgewezen. Ook voor dit programmableek het moeizaam een hard verband te leggen tussen de aandacht voorintensief ruimtegebruik, de geboekte effecten op dat vlak en de inspannin-gen van het programma StIR. Een abrupt afbreken van het programma bete-kende bovendien dat er geen ruimte meer was om tot een gedegen evaluatiete komen. Maar toch. Ondanks het ontbreken van `hard bewijs', zijn het designalen gedurende het programma en nog lang daarna die voor een indi-rect bewijs zorgen. Het zit in de `chemie'. Maar dan in overdrachtelijke zin:tussen mensen en idee?n. Het succes zit tussen de oren. Bij ons in elk gevalwel. Geloof in het effect is een deel van het succes.Dat klinkt misschien een beetje soft, of wellicht een als een zelfgeformu-leerde `self fulfilling prophecy'. Dat is het niet. De resultaten zijn juist kei-hard ? op de doelen van het programma. Dit zijn geen doelen in bijvoor-beeld oppervlakte, bouwvolume of functiecombinaties, het zijn doelen ophet gebied van kennis, houding en gedrag. Op dit soort doelen heeft het StIRzichzelf voor de spiegel gezet, door haar doelgroepen te bevragen. En nogsteeds wordt het programma ? dat al lang is be?indigd ? geassocieerd metde thematiek van intensief ruimtegebruik.In het StIR, waar we elkaar als auteurs van kennen, ligt het beginpunt vanTOETS010716dopingAuteurs: Gerbrand Naeff,Remko Iedema,Toon van der Pas,Peter DauvellierISBN: 978-90-75365-82-5Prijs: e 24,95Voorintekenprijs: e 19,95 (geldig tot 31 maart 2007)Verschijning: april 2007lezersvanToetskunnendepublicatie`Dopinginderuimtelijkeordening'bijvoorintekeningbestellen.Stuurdeonderstaandebonv??r31maart2007ingevuldretourenuontvangt20%kortingopdewinkelprijs(24,95).ukuntookeene-mailsturennaarboeken@aeneas.nlo.v.v`voorintekening',metuwgegevensenhetaantalexemplarendatuwenstteontvangen.q ja,ikontvanggraag____exemplarenvanhetboek`Dopinginderuimtelijkeordening'tegendespecialevoorintekenprijsvan 19,95(exclusief 3,50verzendkosten).Bedrijf:........................................................................................................................naam:...............................................................................voorletters:..................m/vadres:.........................................................................................................................postcode:.......................................plaats:....................................................................E-mail:.........................................................................................................................Datum: ............................................ Handtekening: ...............................................................Stuurdezebonineenenvelopnaar:uitgeverij?neasbv,antwoordnummer16047,5280vjBOXTEl.Eenpostzegelisnietnodig.Faxenmagook:0411-650080onze zoektocht die geresulteerd heeft in ons boek. We begonnen ons af te vragen waarom hetStIR zo'n succes was, maar soms ook zo'n frustratie. Dit groeide uit tot de vraag hoe stimu-lering werkt... en hoe niet.communicatiefsturenIn essentie behoren stimulerende middelen tot het sociaal instrumentarium, ofwel de com-municatieve instrumenten. De focus op de trits `kennis > houding > gedrag' (de kernstrategiebij stimulering) geeft dat aan; de inzet op een duurzame gedragsverandering hoort hierbij.Hoe u dat kunt bereiken? Daarover gaat het boek.`Seen it, been there, done it', is vaak de wat verveelde reactie uit het veld. Toch beperkt dit-zelfde veld zich vervolgens tot vooral die middelen: publicaties, internetsites, excursiepro-gramma's en veel meer, overigens uiterst nuttige, zaken. Maar dat is geen stimulering, dat iseen middelenplan. Een belangrijke bijzaak.De relatie met het veld, de doelgroep, moet u gericht houden op het scherper krijgen van deinhoud en op participatie in oplossingsinspanningen. "Hoe kunnen we u helpen met uwinitiatief?" Dat is de openingsvraag van uw stimuleringsaanpak; in plaats van het van detoren toeteren van uw boodschap. Pas als die rol scherp is gedefinieerd, valt het programmaop zijn plaats. Het boek helpt u om zelf ook met nieuwe middelen tot excellente prestaties tekomen."Stimuleren is niet gemakkelijk. Wat stimuleer je, waar haak je op aan? Steek je je energie en geld wel in degoede zaken? Dat houdt mij erg bezig. Daarnaast vraagt stimuleren om een enorm klantvriendelijk vermo-gen. En dat hebben wij niet van nature." (Directeur stedelijke ontwikkeling gemeente)LEZERSSERVICELEZERSSERVICE
Reacties