Op 1 juli 2012 is SWUNG-1 in werking getreden. In dit artikel worden de consequenties geschetst van deze wijziging van de geluidwetgeving in relatie tot m.e.r. Eerst wordt een korte schets gegeven van de historie en achtergrond van de veranderingen in geluidbeleid en geluidwetgeving. Daarna gaat het artikel in op de gevolgen die de nieuwe wetgeving kan hebben voor m.e.r. Tot slot volgen enkele conclusies.
TOETS031211swungDE AUTEUrNico Faber (0162 487309, nico.faber@oranjewoud.nl) is senior con-sultant geluid bij Oranjewoud.Historie en achtergrond wetwijzigingSinds het midden van de jaren 90 wordt gewerkt aan de modernisering vande geluidwetgeving. Eerst door middel van de ambitieuze Nota Modernise-ring Instrumentarium Geluidbeleid (MIG), waarvan uiteindelijk slechtseen deel (MIG-2) in de Wet geluidhinder is ge?mplementeerd (fase 2 op 1januari 2007). Daarna werd een nieuw verbetertraject ingezet met SWUNG:Samen Werken in de Uitvoering van Nieuw Geluidbeleid. SWUNG is geba-seerd op 3 pijlers:? voorkomen van een onbeheerste toename van de geluidsbelasting;? terugdringen van (te) hoge geluidsbelastingen;? bevorderen van bronmaatregelen.Het was oorspronkelijk de bedoeling om de SWUNG-wetgeving voor alleVErandEringEnbElEidEnwETgEVinggEluidSwung-1:wEinigEffEcTOpm.E.r..Op1juli2012isSwung-1inwerkinggetreden.inditartikelwordendeconsequentiesgeschetstvandezewijzigingvandegeluidwetgevinginrelatietotm.e.r.Eerstwordteenkorteschetsgegevenvandehistorieenachtergrondvandeveranderingeningeluidbeleidengeluidwetgeving.daarnagaathetartikelinopdegevolgendiedenieuwewetgevingkanhebbenvoorm.e.r.Totslotvolgenenkeleconclusies.nicofabergeluidsbronnen tegelijkertijd in te voeren, door de gehele Wet geluidhin-der onder te brengen in de Wet milieubeheer (Wm) waarbij tegelijkertijdvereenvoudiging, decentralisatie en deregulering plaats zou vinden. Gelei-delijk werd duidelijk dat dit vanwege de complexiteit van de materie nietging lukken, SWUNG is daarom gesplitst in SWUNG-1 en SWUNG-2.SWUNG-1 betreft de rijksinfrastructuur (rijkswegen en hoofdspoorwegen)rensjacobs,rijkswaterstaatTOETS031212en is op 1 juli 2012 in werking getreden. Aan SWUNG-2 (geluidregelgevingvoor provinciale en gemeentelijke wegen, de relatie met ruimtelijke orde-ning (woningbouw) en industrielawaai) wordt nog volop gesleuteld. De ge-plande inwerkingtreding is medio 2014.SWUNG-1 in kort bestekSWUNG-1 is vastgelegd in hoofdstuk 11 van de Wet milieubeheer (Wm), hetBesluit geluid milieubeheer en in enkele ministeri?le regelingen. De wijzi-ging van de Wm is geregeld in het "Modernisering instrumentarium ge-luidbeleid, geluidproductieplafonds" (Staatsblad 2012, nr. 266). De inwerking-treding is geregeld via een "Besluit tot inwerkingtreding van de invoeringgeluidproductieplafonds" (Staatsblad 2012, nr. 268). Daarmee is ook de Wetgeluidhinder aangepast: Hoofdstuk 2A (geluidnormering voor Trac?beslui-ten en "toetsingskader" voor m.e.r.-studies voor (Ontwerp)Trac?besluiten) isvervallen. Tegelijkertijd met SWUNG-1 is ook een nieuw Reken- en meetvoor-schrift geluid (RMG 2012) in werking getreden. Dit voorschrift regelt de wijzewaarop geluidberekeningen en geluidsmetingen uitgevoerd moeten worden.Dit zijn de belangrijkste wetswijzigingen; meer informatie is te vinden opwww.infomil.nl.Tot aan de invoering van SWUNG-2 blijft de geluidwetgeving voor de bouwvan geluidsgevoelige objecten langs wegen en spoorwegen met geluid-productieplafonds ongewijzigd. Daarop blijven vooralsnog de bestaanderegels van de Wet geluidhinder, met enkele noodzakelijke aanpassingen,van toepassing. Ook op de provinciale en gemeentelijke wegen alsmede lo-kale spoorwegen blijft de Wet geluidhinder (Wgh) van toepassing. In afbeel-ding 1 is een overzicht opgenomen van de verschillende onderdelen van dewetgeving. Zoals uit het plaatje blijkt is voor beide sporen (Wgh en Wm) welhet nieuwe Reken- en Meetvoorschrift Geluid van toepassing.1Gevolgen van SWUNG-1Hoofdwegen en spoorlijnenHet meest in het oog springende onderdeel van SWUNG is de invoering vangeluidproductieplafonds (GPP's) voor de gehele hoofdinfrastructuur. Het be-treft punten op 50 m aan weerszijde van de weg of spoorlijn met een onder-linge afstand van 100 meter, 4 meter boven lokaal maaiveld. Op al deze pun-ten(voorwegverkeeralzo'n60.000)wordteeninitieelgeluidproductieplafondberekend. Voor wegverkeer is de geluidsbelasting in 2008 + 1,5 dB of eengeluidsbelasting die ingevolge een recent Trac?besluit is bepaald. De bere-kende geluidsbelasting is de gecumuleerde waarde van alle hoofdwegenvan ??n beheerder tezamen. Voor het spoor is een vergelijkbaar systeem vantoepassing. De aldus bepaalde geluidsbelasting (het "geluidproductiepla-fond") in de GPP-punten ligt in principe vast en de wegbeheerders (Rijkswa-terstaat en ProRail) dragen er zorg voor dat de geluidsbelasting ook in detoekomst niet boven het geluidproductieplafond uitstijgt.2De wegbeheerder monitort jaarlijks of de geluidsbelasting nog voldoet aande geluidproductieplafonds. Omdat de geluidproductieplafonds initieelzijn vastgesteld met een zogenaamde werkruimte van 1,5 dB of op basis vaneen toekomstige verkeersgroei volgens een recent Trac?besluit is ruimte ge-cre?erd om enige verkeersgroei mogelijk te maken. Als uit de jaarlijksemonitoring blijkt dat de verkeersgroei zodanig is dat het geluidproductie-plafond overschreden dreigt te worden dan treft de wegbeheerder maatre-gelen om dit te voorkomen. Na het treffen van de maatregelen daalt deactuele geluidsbelasting en kan verdere groei van het verkeer weer wordenopgevangen. Afbeelding 3 illustreert de werking van het plafondsysteem.Afbeelding 1: Overzicht wetsonderdelen Wgh en Wm SWUNG (Bron:AgentschapNL).swungWghWet geluidhinderRMVReken- enmeetvoorschriftenBghBesluit geluidhinderSsvSubsidieregelingsan. verkeerslawaaiWmWet MilieubeheerHfst 11BgmBesluit geluidmilieuhinderRpkRegeling plafondkaartRgmRegeling geluidhindermilieubeheer1. Behoudens gevallen die vallen onder het overgangsrecht.2.Verhoging van het geluidproductieplafond is onder voorwaarden mogelijk (art. 11.28 Wm)TOETS031213Hierdoor behoort het zogenaamde "handhavingsgat", wat betekent datautonome verkeersgroei kan leiden tot onbegrensde toename van geluids-belasting, tot het verleden.Voor (spoor)wegen waar (fysieke) wijzigingen optreden is de systematiekvan de GPP's eveneens van toepassing. De effecten van een wijziging moe-ten los van de monitoring onderzocht worden om de effecten op de geluid-productieplafonds te kunnen bepalen. Bij kleine wijzigingen (veranderingvan bijvoorbeeld snelheid of geringe verschuiving rijlijnen) volstaat eeneenvoudig onderzoek op de GPP-punten. Als geen overschrijding plaats-vindt kan het project doorgang vinden, toetsing op omliggende geluidge-voelige bestemmingen is dan niet meer nodig. Bij ingrijpender wijzigingen(zoals omlegging van wegen of aanpassing van knooppunten) volstaat eeneenvoudig onderzoek niet en is een gedetailleerd akoestisch onderzoek(vergelijkbaar met een gedetailleerd onderzoek zoals v??r de wetswijzi-ging) noodzakelijk. In een geheel nieuwe situatie (aanleg nieuw spoor ofweg) is in ieder geval een gedetailleerd onderzoek noodzakelijk en moetenook nieuwe GPP-punten worden vastgesteld. Naast de invoering van de ge-luidproductieplafonds is de aanpassing van het `normenhuis' een ander in hetoog springend element van SWUNG-1. Het normenhuis van de Wet geluidhin-der was zeer complex en bevatte diverse uitzonderingen voor verschillendesituaties zoals bestaande of nieuwe situaties of reconstructie van wegen ofspoorlijnen. Gelet op de wens tot vereenvoudiging is het normenhuis drastischingeperkt door geen onderscheid tussen nieuw, bestaand en reconstructiesmeer te maken en een eenduidige normering aan te houden.Provinciale en gemeentelijke wegen en RO-plannenSWUNG-1 heeft weinig invloed op de provinciale en gemeentelijke wegen.De enige belangrijke wijziging is dat het nieuwe Reken- en MeetvoorschriftGeluid moet worden toegepast. Voor het overige verloopt de effectbepalingen -beoordeling volgens de Wet geluidhinder. Voor bestemmingsplannenverandert weinig (alleen RMG 2012 toepassen) als het gaat om ontwikkelin-gen buiten de zone van de hoofd(spoor)wegenstructuur (HSW). Bij bouw-plannen (van geluidsgevoelige objecten) langs de (spoor)wegen die onderSWUNG-1 vallen blijft de Wet geluidhinder gelden met de bijhorende nor-mering. In deze gevallen moet bij de berekening van de geluidsbelastinggebruik gemaakt worden van de (bron)gegevens uit het landelijk geluid-register. In alle andere situaties waarbij de Wet geluidhinder al van toepas-sing was (bijvoorbeeld voor gezoneerde industrieterreinen) verandertSWUNG-1 niets.SWUNG en m.e.r.De impact van SWUNG-1 op m.e.r. is beperkt. De doelstelling van m.e.r., `hetmilieubelang een volwaardige rol laten spelen in de besluitvorming', ver-andert niet. Alleen de wijze waarop aan die doelstelling inhoud wordt ge-geven verandert in enkele gevallen door SWUNG-1. Hierna wordt voor plan-m.e.r., project-m.e.r. en m.e.r.- beoordeling ingegaan op de veranderingenals gevolg van de invoering van de SWUNG-1-wetgeving.Plan-m.e.r. voor ruimtelijke plannenPlan-m.e.r. is strategisch van aard en wordt vooral uitgevoerd voor kaderstel-lende structuurvisies en bestemmingsplannen. In gevallen waar dit ruimte-lijke plannen betreft die gelegen zijn buiten de zone van de hoofdinfrastruc-tuur of waarbinnen geen geluidgevoelige bestemmingen worden opgenomenblijft de bestaande aanpak en werkwijze gehandhaafd. SWUNG-1 is hieropimmers niet van toepassing.Bij een ruimtelijke ontwikkeling met geluidgevoelige bestemmingen gelegenAfbeelding 2 Plafondsystematiek monitoring en naleving GPP (Bron : Memorie van toelichting Invoeringswet).signaal maatregelenstil wegdek werkelijkegeluidproductie0,5 dB1,5 dBgeluidprodctieplafondmoment van invoergeluidplafondsbv 10 jaar na invoergeluidplafondtijdheersendTOETS031214binnen de zone van de hoofdinfrastructuur verandert de aanpak enigszins.Voor de beschrijving van de effecten van de hoofdinfrastructuur kan bijvoor-beeld gebruik gemaakt worden van het online geluidregister. De GPP-waar-den maken het mogelijk eenvoudig te schatten in welke mate de gekozenlocatie door de hoofdinfrastructuur wordt belast. De geluidsbelasting door deweg is immers bekend op 50 meter afstand en de geometrische uitbreidingvan geluid kan worden geschat met de vuistregel van 3 dB afname per af-standsverdubbeling. Bijvoorbeeld: een geluidproductieplafond van 67 dB op50 meter betekent 64dB op 100 meter en nog 61 dB op 200 meter. Dit geeft eeneerste inzicht van de geluidsbelasting in een plangebied. Dit kan helpen bijhet situeren van concentraties van geluidgevoelige bestemmingen in eenplangebied. In de huidige praktijk worden hiervoor de EU-geluidkaarten ge-bruikt. Deze geven echter een onderschatting van de geluidsbelasting omdatde eerder genoemde werkruimte van 1,5 dB niet is opgenomen.Een andere, meer bewerkelijke maar ook nauwkeurigere methode is hetovernemen van gegevens uit het geluidregister in een geluidberekenings-programma. Het geluidregister bevat enkel de geluidsbrongegevens (rijlij-nen met bijhorende verkeersdata en bestaande geluidschermen). Voor eeneerste indicatieve berekening (ligging geluidcontouren) is dit echter vol-doende. Deze methode kan ook gebruikt worden voor plan-m.e.r. die be-trekking heeft op aanpassingen van bestaande hoofdinfrastructuur. Bij deplannen voor de aanleg van nieuwe (spoor)wegen of verkenningen metnieuwe trac?s is het gebruik van de online registerdata niet mogelijk, daarnieuwe trac?s hierin niet zijn opgenomen.Project-m.e.r.Project-m.e.r. wordt uitgevoerd voor veel projecten (bijvoorbeeld vergun-ningen) waarop SWUNG-1 niet of nauwelijks invloed heeft. Bij project-m.e.r. kan de verkeersaantrekkende werking ??n van de effecten zijn: ver-keerstoename op omliggende wegen. In de meeste gevallen betreft dit niethet hoofdwegennet en voor zover dit wel het hoofdwegennet betreft, zijnde effecten meestal (relatief) gering. In gevallen waar op basis van de in-schatting van de verkeerstoename relevante effecten op hoofdwegen wor-swungden verwacht kan eventueel getoetst worden of de geluidproductieplafondsals gevolg hiervan worden overschreden. Deze toets dient uitgevoerd teworden via de wegbeheerder, zijnde Rijkswaterstaat of ProRail.SWUNG-1 heeft meer invloed op m.e.r.-projecten voor de aanleg of wijzi-ging van hoofdwegen en spoorwegen. Die activiteiten vallen onder SWUNG-1en daarmee ook onder het nieuwe normenhuis. Zoals aangegeven kan bijrelatief kleine wijzigingen aan hoofd(spoor)wegen worden volstaan meteen eenvoudige toets aan de geluidproductieplafonds. In die gevallen zalechter veelal geen sprake zijn van een m.e.r.-plicht.De aanleg van (spoor)wegen of grote wijzigingen zijn m.e.r-plichtig. In dezeprojecten is de huidige werkwijze dat alternatieven worden doorgerekend opeffecten voor geluid, gekwantificeerd in aantallen geluidsbelaste woningen ofgehinderden, hetgeen een objectieve maat is om de effecten te vergelijken. Denoodzaak en doelmatigheid van de mitigerende maatregelen wordt daarbijgebaseerd op het normenhuis van de Wet geluidhinder en de Regeling Doel-matigheid Geluidmaatregelen. Deze laatste regeling is vooruitlopend opSWUNG-1 al in werking getreden en wordt al enige tijd gehanteerd. Voor dezeprojecten blijft een klassiek gedetailleerd geluidberekeningsmodel (Stan-daard Rekenmethode II), waarmee geluidcontouren worden vervaardigd ende geluidsbelaste woningen en gehinderden bepaald, nodig.SWUNG-1 heeft geen effect op het basisprincipe voor de effectbepaling:aantallen geluidsbelaste woningen en gehinderden als goede objectievemaat om alternatieven onderling te vergelijken. Bij m.e.r. gaat het immersom het beoordelen van de (nadelige) milieugevolgen van de voorgenomenactiviteit en niet om een toets aan normen.Onder SWUNG zou een voor de hand liggende optie zijn om de effectenalleen te bepalen op de GPP-punten. De geluidsbelasting van de woningenin de nabijheid van de GPP-punten is immers direct gekoppeld aan de pla-fondwaarde in die GPP-punten. Dit heeft echter de volgende nadelen:? voor nieuwe trac?s zijn geen GPP-punten beschikbaar;? de geluidsbelasting in GPP-punten zegt in feite niets over de ondervon-den hinder. Er kunnen 2 of 200 woningen in de nabijheid van een GPP-punt liggen;joopvanhoudt,rijkswaterstaatKnooppunt Empel.TOETS031215? voor nieuwe trac?s moet ingevolge SWUNG-1 in ieder geval een beoorde-ling op woningniveau plaatsvinden (toets aan normering), binnen hetMER moeten de mitigerende maatregelen (bronmaatregelen en geluids-chermen) afgestemd zijn op deze normering per woning of woningcluster.Het bovenstaande duidt er op dat bij meer complexe en grotere projectenvoor infrastructuur door SWUNG geen vereenvoudiging optreedt. Dit isniet helemaal correct omdat de volgende voordelen optreden:? Beschikbaarheid gegevens in het geluidregister:Het geluidregister bevat basisbestanden die goed bruikbaar zijn voorhet bouwen van een geluidberekeningsmodel. De brongegevens kunnendirect overgenomen worden, aparte input van verkeersprognoses blijftechter nodig.? Afweging maatregelen:Bij overschrijding van de geluidproductieplafonds en bij overschrijdingvan de grenswaarden moeten maatregelen afgewogen worden volgenshet doelmatigheidscriterium. Dit is niet anders dan voor SWUNG-1. Devereenvoudiging van het normenhuis (zie tabel 1) maakt deze afwegingwel gemakkelijker.? Cumulatie van wegen:Onder de SWUNG-1 worden zowel de GPP-waarden als de geluidsnorme-ring op de geluidgevoelige bestemmingen berekend van alle wegen ?fspoorlijnen samen. De afweging van de maatregelen geschiedt derhalveook op basis van de gecumuleerde waarden. Onder de huidige wetgevinggebeurde dit per weg of spoorweg.M.e.r.- beoordelingEen m.e.r.-beoordeling is nodig voor activiteiten uit de D-lijst. Dit zijnvoor een groot deel activiteiten die niet of nauwelijks invloed ondervin-den van SWUNG-1. Voor projecten die betrekking hebben op hoofdinfra-structuur in beheer bij Rijkswaterstaat of ProRail geldt in feite hetzelfdeals in dit artikel is beschreven. Als de activiteit het onderliggende wegen-net betreft dan is de SWUNG-1-wetgeving niet van toepassing en vindt dem.e.r.-beoordeling plaats zoals in de huidige praktijk.ConclusiesIn zijn algemeenheid kan gesteld worden dat de impact van SWUNG-1 ophet gehele spectrum van m.e.r. gering is. Dit is ook niet verwonderlijk ge-zien de duidelijk verschillende doelen van SWUNG-1 (vooral gericht op be-heer en beheersen van geluidproductie) en m.e.r. (afwegen van milieube-lang). SWUNG-1 heeft alleen betrekking op de hoofd(spoor)wegen die inbeheer zijn van Rijkswaterstaat en ProRail. Voor de overige wegen, ruimte-lijke ontwikkelingen in de vorm van nieuwbouw van woon- en bedrijven-terreinen en voor bedrijfsactiviteiten is de impact van SWUNG-1 zeer ge-ring of niet aanwezig. Alleen als deze activiteiten liggen binnen deinvloedssfeer van de hoofd(spoor)wegenstructuur (HSW) kan sprake zijnvan enige impact. Dit zal overigens na inwerkingtreding van SWUNG-2 me-dio 2014 veranderen, omdat dan de geluidwetgeving voor deze activiteiteneveneens wordt aangepast.Voor m.e.r. gerelateerd aan aanleg of wijziging van de hoofd(spoor)wegen iswel impact te verwachten van SWUNG-1, met name door de (betere en een-duidige) beschikbaarheid van gegevens om geluidmodellen en een eenvou-diger beoordelingskader te bouwen. In de samenvattende tabel zijn debelangrijkste invloeden in de vorm van voor- en nadelen beschreven. Voorkeurs-grenswaarde(dB)Maximalewaarde(dB)Binnen-waarde A(dB)Binnen-waarde B(dB)wegen 50 65 36 41spoorwegen 55 70 36 41Bron:Wet Milieubeheer artikel 11.2.Tabel 1.Voorkeursgrenswaarden, maximale waarden en binnenwaarden.Categorie m.e.r. Impact Voordelen NadelenPlan-m.e.r.- Ruimtelijke plannen (binneninvloedsfeer HSW)- Ruimtelijke plannen (buiteninvloedsfeer HSW)- Plannen (spoor)wegaanleg/aanpassingen- Gering- Geen- Gering- Gebruik van GPP gegevensmogelijk in eerste afweging- nvt- Registerdata bruikbaar in 1eafweging (verkenningen)- EU geluidkaarten niet goedbruikbaar- nvt- EU geluidkaarten niet goedbruikbaarProject-m.e.r.- Activiteiten C1.2/C1.3/C2- Overig- relatief groot- geen- Registerdata beschikbaarvoor modelopbouw- Eenvoudiger normenhuismaakt afweging mitigerendemaatregelen eenvoudiger- Cumulatie van bronnen van 1bronbeheerder is reeds inSWUNG verwerkt- nvt- De bestaande praktijk vangedetailleerde berekeningmet geluidberekenings-modellen en beoordeling opgeluidbelaste woningen engehinderden blijft nodig.- Toetsen op alleen GPP puntenniet mogelijk, beschrijft dehinder onvoldoende- nvtM.e.r.-beoordeling idem project-m.e.r.idem project-m.e.r. idem project-m.e.r.Tabel 2. Overzicht impact SWUNG-1 op MER
Reacties