Hoewel er nog steeds andere geluiden zijn te horen, is er wetenschappelijk hard bewijs voor klimaatverandering en de bijdrage van menselijke activiteiten daaraan. Denk daarbij aan de recente rapportages van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC). Over de mate en termijn van optreden van de effecten van klimaatverandering bestaan nog wel onzekerheden. Klimaatverandering staat inmiddels wel hoog op de politieke agenda. Maar hoe hoog staat het op de agenda bij makers en gebruikers van milieueffectrapportages? Nog niet hoog, lijkt het. Hoe kunnen we plannen, programma’s en besluiten eigenlijk toetsen op hun bijdrage aan klimaatverandering, zonder dat er wéér een toets aan het spectrum wordt toegevoegd?
TOETS0108Een m.e.r. toetst programma's, plannen en besluiten op de matewaarin ze milieueffecten veroorzaken. Een milieueffect zouklimaatverandering kunnen zijn. Omdat klimaatveranderingook autonoom zal plaatsvinden, lijkt het ook zinvol te bezienin hoeverre programma's, plannen en besluiten voorsorterenop de gevolgen van klimaatverandering. In feite wordt dan getoetst op deduurzaamheid van de voorgestelde ontwikkeling.Om meer grip te kunnen krijgen op het begrip klimaatverandering is hetvan belang om vast te stellen dat er twee invalshoeken zijn:1. Oorzaken: welke bijdrage levert een programma, plan of besluit aan hetproduceren of reduceren (vermijden) van de emissies van broeikasgassen?In klimaatjargon heet dit inmiddels: mitigeren (aanpak bron).KlimaaTvErandEringEnmiliEuEffEcTrappOrTagETijdvOOrEEnniEuwThEma?hoewelernogsteedsanderegeluidenzijntehoren,iserwetenschappelijkhardbewijsvoorklimaat-veranderingendebijdragevanmenselijkeactiviteitendaaraan.denkdaarbijaanderecenterapportagesvanhetintergovernmentalpanelonclimatechange(ipcc).Overdemateentermijnvanoptredenvandeeffectenvanklimaatveranderingbestaannogwelonzekerheden.Klimaatveranderingstaatinmiddelswelhoogopdepolitiekeagenda.maarhoehoogstaathetopdeagendabijmakersengebruikersvanmilieueffectrapportages?nogniethoog,lijkthet.hoekunnenweplannen,programma'senbesluiteneigenlijktoetsenophunbijdrageaanklimaatverandering,zonderdaterw??reentoetsaanhetspectrumwordttoegevoegd?diederikBelklimaatDE AUTEURDiederik Bel (0570-697118, d.bel@aeneas.nl) is hoofdredacteur van Toetsen senioradviseur planstudies bij Witteveen+Bos.2. Gevolgen: hoe spelen programma's, plannen en besluiten in op de gevol-gen van klimaatverandering? In klimaatjargon heet dit inmiddels: adap-teren. Er zijn twee vormen van het aanpassen aan het veranderendeklimaat (adaptatie):a. klimaatbuffering: bijdragen aan het geven van meer ruimte aanfoto:scx.huTOETS0108natuurlijke processen die `vanzelf' de gevolgen van klimaatveranderingmitigeren en/of volledig compenseren;b. klimaatadaptaties: anticiperen door mensen op de gevolgen vanklimaatverandering (robuustheid/flexibiliteit).Onderstaand worden de invalshoeken verder verkend.1. MitigerenDe antropogene emissie van broeikasgassen is een belangrijke oorzaak vande opwarming van de dampkring. Zelfs met ingrijpende maatregelen in allelanden is het slechts mogelijk de uitstoot van broeikasgassen te beperken.Ten aanzien van het belangrijke spoor van mitigeren kan men denken aanvier zaken:? Koolstofvrije energie: dit is het spoor van het `voorkomen' van emissie vanbroeikasgassen.? Energiebesparing: dit is het spoor dat inzet op het `beperken' van emissievan broeikasgassen.? CO2-afvang en -opslag: dit spoor zet in op het `beperken van de gevolgen'van het ontstaan van broeikasgassen.? Emissiehandel: dit spoor zet in op de `effici?ntie' van maatregelen om deemissie van broeikasgassen te beperken.2a. Adaptatie door klimaatbufferingDe laatste 10 eeuwen hebben wij in Nederland besteed aan het beteugelenvan natuurlijke processen. De laatste 10 jaar komen we hierop langzaamterug. Immers, als we praten over klimaatbestendigheid hebben we het overhet vermogen van een systeem om goed te blijven functioneren als het kli-maat verandert. Dit kan door weerstand te bieden (druk weerstaan) of veer-kracht (meebewegen met druk en herstellen na wegvallen druk). Weerstandwordt veelal met menselijk handelen geassocieerd (denk aan een dijk) enveerkracht met de natuur (denk aan ruimte voor de rivier). Door natuurlijkeprocessen de ruimte te geven, kan er een natuurlijke klimaatadaptatieplaatsvinden. We noemen dit natuurlijke klimaatbuffers. Deze maken ge-bruik van de natuurlijke veerkracht.Natuurlijke klimaatbuffers:KlimAATbElEiD VROmHet beleid richt zich op twee sporen:? minder broeikasgassen uitstoten (mitigatie);? aanpassen aan klimaatverandering (adaptatie).Bij mitigatie richten het beleid en de maatregelen zich op het verminderen vanklimaatverandering door de uitstoot van broeikasgassen te beperken. Bij adapta-tie richten het beleid en de maatregelen zich op maatschappelijke aanpassingenaan de effecten van klimaatverandering (dijkverzwaring, overloopgebieden endergelijke). Beide soorten beleid hebben effect op de menselijke samenleving, deleefbaarheid in Nederland en de gevolgen voor de economie (zie: www.vrom.nl/dossier_klimaatverandering).De Europese Unie heeft afgesproken dat in 2020 20% minder broeikasgassenuitgestoten moeten worden dan in 1990. Nationaal wil het kabinet een reductie-percentage halen van 30%. Nederland houdt met het huidige waterbeleid al re-kening met de effecten van klimaatverandering. Het kabinet heeft het waterbe-leid ge?ntensiveerd om de `zwakke schakels' in de kust te versterken en derivieren meer ruimte te geven om hogere afvoeren op te vangen. Hiermee wor-den de risico's in Nederland verder verminderd. Om op zeer lange termijn ookveilig te zijn, zijn innovatieve oplossingen nodig.? zijn ruimtelijke oplossingen voor de negatieve gevolgen van klimaatver-andering;? reactiveren of revitaliseren natuurlijke landschapsvormende processen;? bieden ruimte aan natuur, maar ook aan wonen, werken en recreatie;? groeien mee in het tempo waarin klimaatverandering zich voltrekt.Klimaatbuffers zijn robuuste gebieden waar de natuur zijn gang kan gaanen water de ruimte krijgt. Gebieden die klappen opvangen die anders pijn-lijk gevoeld zouden worden. Ze zorgen ervoor dat Nederland droge voetenhoudt waar dat nodig is, maar ook kan blijven beschikken over voldoendebROEiKAsgAssEn: wAT En hOE?Broeikasgassen zijn gassen die bijdragen aan de opwarming van de dampkring.Een half procent van de atmosfeer bestaat uit natuurlijke broeikasgassen. Dezezorgen ervoor dat de warmte die door de zon wordt ingestraald op het aardop-pervlak wordt vastgehouden. Zonder dat effect zou de gemiddelde grondtempe-ratuur -18?C bedragen. Het natuurlijke broeikaseffect verhoogt die temperatuurnaar +15?C. Het belangrijkste natuurlijke broeikasgas is waterdamp. Het natuur-lijke broeikaseffect wordt versterkt door de uitstoot van broeikasgassen door demens, de zogenaamde antropogene broeikasgassen. De temperatuurstijging alsgevolg van deze antropogene emissies heeft verder tot gevolg dat meer waterverdampt, waardoor ook het natuurlijke broeikaseffect verder wordt versterkt.De belangrijkste antropogene broeikasgassen zijn:? CO2: Kooldioxide (CO2) komt van nature in de lucht voor. Door verschillendeoorzaken, o.a. menselijke activiteiten, neemt de hoeveelheid CO2 in de luchttoe, waardoor het broeikaseffect versterkt wordt. CO2 draagt wereldwijd voormeer dan de helft bij aan dit effect.? CH4: Methaan (CH4) is het tweede belangrijke broeikasgas. Dit draagt wereld-wijd voor ongeveer 20% bij aan het versterkte broeikaseffect. Belangrijke bron-nen van methaan zijn: de veeteelt, vuilstortplaatsen, rijstbouw en de verliezenbij de olie- en gaswinning. Een andere bron van methaan is moerasgas.? N2O: De emissie van N2O, lachgas, is relatief klein, maar de stof blijft 150 jaarin de atmosfeer aanwezig. Het broeikaseffect is daardoor bijna 300 keer sterkerdan dat van koolstofdioxide. Lachgas is voor ruim de helft van natuurlijke oor-sprong. Daarnaast is lachgas vooral afkomstig van de industrie, het verkeer ende landbouw.? HFK's, PFK's en SF6 : HFK's zijn gehalogeneerde fluorkoolwaterstoffen, oftewelkoolwaterstoffen met chloor, broom of jodium. PFK's zijn perfluorkoolwater-stoffen. Deze stoffen worden gebruikt in koelinstallaties, schoonmaakmidde-len, airconditioning, brandblusapparaten en bij de productie van schuimplas-tics. SF6 staat voor zwavelhexafluoride. Deze fluorverbinding wordt gebruikt alsisolatorgas in hoogspanningsschakelaars en komt vrij door lekkage. Ook wordtSF6 gebruikt in de halfgeleiderindustrie als schoonmaak- en etsmiddel. Het ishet broeikasgas dat per kg de grootste bijdrage levert aan de versterking vanhet broeikaseffect.Bron: KNMI. Zie ook www.knmi.nl/klimaatverandering_en_broeikaseffect.TOETS0108water van een goede kwaliteit. Klimaatbuffers dragen bovendien bij aanhet behoud van de biodiversiteit. Meer hierover leest u in het rapport`Natuurlijke klimaatbuffers' (www.hier.nu), van Natuurmonumenten, Vo-gelbescherming, Staatsbosbeheer, Waddenvereniging, stichting ARK en DeLandschappen.Voorbeelden van maatregelen en programma's die natuurlijke klimaatbuf-fering (mede) als invalshoek hebben zijn Ruimte voor de Rivier, sommigeComCoast-oplossingen zoals slufters en oversladijken, Land voor water(Wetlands) en natuurherstelprojecten.2b. Adaptaties door te anticiperen op de gevolgenDe overheid wil de ruimtelijke inrichting van Nederland `klimaatbesten-dig' maken. Dat betekent dat bij de ruimtelijke ordening rekening wordtgehouden met bijvoorbeeld hevigere stormen en neerslag, hittegolven enmeer wateroverlast. Extremer weer heeft gevolgen voor waterbeheer, vei-klimaatligheid, transport, elektriciteitsvoorziening, natuurbeheer en volksgezond-heid. Het rapport `Naar een klimaatbestendig Nederland', dat begin 2007verscheen, geeft een overzicht van de mogelijke gevolgen en bevat een lijstmet maatregelen. Het overheidsprogramma `Adaptatie ruimte en klimaat'(ARK) heeft de taak om de gevolgen van klimaatverandering zoveel mogelijkte beperken (zie www.programmaark.nl).Klimaatverandering heeft in Nederland dus meerdere eerste-orde-effectenwaarmee rekening moet worden gehouden (zie Routeplanner `Naar een kli-maatbestendig Nederland'):? stijging van de gemiddelde temperatuur;? toename van het aantal hittegolven en droogte in de zomer;? toename van de intensiteit van buien in de zomer;? toename van neerslag in de winter (o.a. hogere afvoeren van groterivieren);? toename van de windsnelheid bij storm;? stijging van de zeespiegel.Met deze opsomming zijn we er echter nog lang niet, want de eerste-orde-effecten hebben weer andere tweede-orde-effecten. Deze zijn divers en com-plex. Zo maar wat voorbeelden:? toename van het drinkwatergebruik in de zomer;? verstoring van de voedselketen;? toename van de kans op zoute kwel (landbouw);? toename van het elektriciteitsgebruik in de zomer en van het aardgas-gebruik in de winter, gebrek aan koelwater;? hogere temperatuur leidt tot een grotere kans op zuurstofarm water,botulisme en blauwalg;? toename van de verkeershinder door hevige regenval;nUTTigE wEbsiTEs? www.ipcc.ch? www.programmaark.nl? www.klimaatvoorruimte.nl? www.klimaatportaal.nl? www.comcoast.org? www.knmi.nl/kenniscentrum/klimaat_index.html? www.vrom.nl/dossier klimaatveranderingfoto:scx.huCOmCOAsT`COMbined functions in COASTal defence zones' - is een Europees project datinnovatieve oplossingen ontwikkelt en presenteert om kustgebieden te bescher-men tegen overstromingen. Rijkswaterstaat, dat de leiding heeft over dit pro-ject, valt onder het ministerie van Verkeer en Waterstaat. Naast Nederland doennog vier andere Noordzeelanden mee: Groot-Brittanni?, Duitsland, Belgi? enDenemarken. In totaal doen er tien partners mee aan het project. De partnersdelen hun kennis en ervaring, en zoeken naar de beste oplossingen voor de ge-hele Europese kustverdediging, bestaande uit dijken en duinen.ComCoast richt zich op het ontwikkelen van multifunctionele waterkeringszo-nes langs de kust die een geleidelijker overgang bieden van zee naar land, diede bevolking en het milieu in de kuststreken ten goede komen en die econo-misch haalbaar zijn. Het concept richt zich in eerste plaats op zeedijken:? om betaalbare en duurzame alternatieven te bieden voor het keer op keerverhogen van de bestaande waterkering;? om een win-winsituatie te cre?ren voor zowel het waterbeheer in eenbredere kuststrook als voor multifunctioneel landgebruik;? en om oplossingen te vinden voor de ruimtelijke ontwikkelingsbehoefte vande kuststreek (zie www.comcoast.org).TOETS0108? toename van corrosie in constructies;? afname van de schade aan infrastructuur door pekel;? een lagere gemiddelde beladingsgraad van schepen door hoog en laagwater.Met voornoemde eerste- en tweede-orde-effecten moet rekening worden ge-houden, vooral bij water (wateroverlast, hogere afvoer rivieren, kustafslag,etc.), natuur en landbouw, stedelijke infrastructuur en infrastructuur(scheepvaart, extra files), energie en economie, sociale aspecten (buiten-leven), recreatie (zwemwaterkwaliteit) en gezondheid (allergie?n, smog).MilieueffectrapportageHet is natuurlijk de opzet om er, in het kader van m.e.r., voor te zorgen datprogramma's, plannen en besluiten bijdragen aan het mitigeren van uit-stoot van broeikasgassen, dan wel te bevorderen dat natuurlijke processenin stand kunnen blijven. Echter, het is tevens van belang goed in te spelenop de mogelijke effecten van klimaatverandering. Dat dit laatste nog nietmee zal vallen, is hiervoor al aangegeven, maar door de vele programma's? zie vooral ook de Routeplanner ? krijgen we wel steeds meer zicht opallerhande adaptatiestrategie?n.Dit genoemd hebbende, is de vraag: hoort in een m.e.r. ook een toetsing plaatsen zo ja hoe dan? De eerste reflex is: liever niet w??r een toets, maar in tweedeinstantie valt er toch wel iets voor te zeggen. Immers, veel beoordelingscriteriahebben al betrekking op klimaat en sowieso moet m.e.r. zich meer richten opdie zaken die er echt toe doen (waaronder soms klimaat) en minder gerichtzijn op volledigheid (niet standaard alle thema's braaf langslopen). Kortom,enerzijds bundelen van bestaande criteria en anderzijds iets erbij, dan ook ietsschrappen.alternatief1 alternatief2mitigeren(broeikasgassen)-vermedencO2-emissie-vermedeneffecten(b.v.dooropslag)-effici?ntievanmaatregelen(b.v.kosteneffectiviteit)Klimaatbuffering(natuurlijkeprocessen)-reactivering/revitaliseringvannatuurlijkeprocessenadaptiefvermogen(t.a.v.)-toenameaantalhittegolven,droogteindezomer-toenamevanneerslagindewinter,hogereafvoerengroterivieren-toenamewindsnelheidbijstorm-stijgingvandezeespiegelTabel 1. Grove criteria voor het beoordelingskader van klimaat in de m.e.r.iPCC-RAPPORTNederland krijgt de komende eeuw te maken met gemiddeld hogere tempera-turen, veranderingen in neerslag en een stijgende zeespiegel. Verder wordenveranderingen in weersextremen verwacht. De kans op hittegolven in de zo-mer neemt toe en neerslagextremen zullen vaker voorkomen. Dit beeld wordtgeschetst in de KNMI-klimaatscenario's (Van den Hurk et al., 2006) en is ge-baseerd op hetzelfde bronmateriaal als het IPCC-rapport.Het IPCC laat in haar nieuwe rapportage zien dat er een veel betere inschat-ting kan worden gemaakt van mogelijke consequenties van klimaatverande-ring voor natuur, mens en maatschappij, ook al zijn de onderzoeksgegevensen documentatie nog lang niet volledig. Het (wetenschappelijk) bepalen vanhet adaptieve vermogen van maatschappelijke en natuurlijke systemen en vande kosten en baten van adaptatiemaatregelen in ruimte en tijd is nog steedsheel moeilijk. Dit zijn juist aspecten waarover overheden in Nederland naderge?nformeerd willen worden, zoals onder andere blijkt uit de initiatie van hetnationale beleidsprogrammaAdaptatie Ruimte en Klimaat (ARK) in Nederland(zie ook www.programmaark.nl).Bron: Het IPCC-rapport en de betekenis voor Nederland, mei 2007.TOETS0108Traditioneel toetsen we in m.e.r.-land met allerhande criteria die weer zijn ge-clusterd in thema's. Het moet dus ook mogelijk zijn om een thema klimaat teintroduceren, evenals in het recente verleden een thema als duurzaamheid (ofduurzame stedelijke ontwikkeling) is ge?ntroduceerd. De vraag is natuurlijkhoe een dergelijk thema dan invulling zou kunnen krijgen.Beoordelingskader thema klimaat (m.e.r.)Het spreekt in het licht van het voorgaande voor zich dat kan worden aan-gesloten bij de invalshoeken van klimaatverandering: mitigatie en adapta-tie. Daarbij kan worden betoogd dat de, aan het begin van dit artikel ge-noemde, invalshoeken in volgorde van belang zijn gerangschikt en daarmeeverschillende gewichten hebben? mitigeren: veel gewicht; foto:scx.huStijging gemiddeldetemperatuur (zw)Toename aantal hitte-golven en droogte inde zomer (zw)Toename intensiteitbuienzomer (W)Toename winter(w)Toenamewindsnelheidbij storm (l)Stijging zeespiegel(zw)waterToenamewateroverlastinstedelijkegebieden(w)hogereafvoerenvandegroterivierenenmeerkansopoverstromen(zw)Toenamewateroverlastinhetlandelijkegebied(zw)versterktekustafslagenoverstromingvanuitzee(zw)versterktekustafslagenoverstromingvanuitzee(zw)hogerewaterstandeninlaagnederlandenmeerkansopoverstroming(zw)natuur,landbouwverlengingvanhetgroeiseizoen(zw)afnameoppervlakte-engrondwaterstandenverzilting(zw)Toenameoppervlakte-waterstanden(zw)Energieafnameaardgasverbruik(zw)Toenameelectrischverbruik(zw)Toenamefrequentievankoelwater-beperkingen(zw)Toenameschadeaanhoogspannings-leidingendoorextremestormen(ff)Transportafnamehinderdoorextremewintercondities(zw)afnamekansbeperkingvervoerscapaciteitvanschependoorijsgang(w)afnamevervoerscapaciteitrivierschependoorlagewaterstanden(zw)Toenamehinderdoorhevigeregenval(zw)afnamevervoerscapaciteitvanrivierschependoortehogewaterstanden(zw)Toenameschadeaanvoertuigendoorextremestormen(ff)huisvestingeninfrastructuurafnamevanhetaantalkeerdatmoetwordengestrooidmetpekel(zw)Toenamev??rkomenvansmeltendwegoppervlakdoorhitte(zw)Toenameschadeinfrastructuurengebouwendoorwateroverlast(zw)Toenamewateroverlastindewinter(zw)Toenamevanderivierafvoerenindewinter(zw)Toenameschadegebouwendoorwateroverlast(zw)Toenameschadeaanolieplatforms,wegen,bruggen,gebouwenenvoertuigendoorextremestormengezondheidToenameziektevanlyme,allergie?n(ff)afnameluchtkwaliteit(zw)recreatieToenamerecreatie(w)Beperkingenwaterrecreatie(w)afnamezwemwaterkwaliteit(ff)Toenameafslagduinenenstranden(zw)Toenameafslagduinenenstranden(zw)? klimaatbuffering: gemiddeld gewicht;? klimaatadaptatie: laag gewicht.In tabel 1 zijn de drie invalshoeken vertaald naar een aantal grove criteriadie per project verfijnd moeten worden om maatwerk te kunnen leveren.Echter, ze vormen al wel het denkraam waarmee programma's, plannen enbesluiten van een klimaatbeoordeling kunnen worden voorzien.OproepHet lijkt ons goed als MER-makers, de Commissie voor de milieueffectrap-portage en wettelijk adviseurs met dit thema aan de slag gaan. We biedenhiervoor in dit blad nadrukkelijk een podium. Reacties op deze voorzet ? indit blad ? zijn dan ook van harte welkom.Bron: Routeplanner `Naar een klimaatbestendig Nederland'. Klimaat voor Ruimte, Leven met Water en Habiforum, december 2006.
Reacties