Vier Zuid-Hollandse gemeenten moeten alsnog ruimte gaan reserveren voor windmolens in hun bestemmingsplannen. Met een inpassingsplan gaat de provincie Zuid-Holland de aangewezen locaties voor windenergie ruimtelijk zelf mogelijk maken.
Vier Zuid-Hollandse gemeenten weigerden of verzuimden windenergielocaties op te nemen in hun bestemmingsplannen. Het gaat om de gemeenten Midden-Delfland, Westland, Papendrecht en Alblasserdam. Volgens de provincie is er echter geen tijd voor vertraging en heeft daarom de stap genomen om een inpassingsplan te maken. Hiermee reserveert de provincie ruimte om winturbines te kunnen plaatsen in een gmeente.
De provincie is met het Rijk overeengekomen dat in 2020 735,5 MW aan opgesteld vermogen windenergie in Zuid-Holland gerealiseerd zal zijn. Het leeuwendeel daarvan zullen het Rotterdamse havengebied (300 MW) en Goeree-Overflakkee (260 MW) voor hun rekening nemen. Het resterende gedeelte van de windenergieopgave zal gerealiseerd moeten worden in de overige gebieden van Zuid-Holland. Provinciale Staten hebben in de Provinciale Structuurvisie (PSV) aangegeven voor welke locaties en gebieden dat moet gebeuren. Op dit moment staat er in Zuid-Holland circa 270 MW opgesteld, goed voor de stroomvoorziening van zo’n 162.000 huishoudens.
Reacties