Samen met Wageningen UR heeft het Planbureau voor de Leefomgeving een graadmeter ontwikkeld waarmee de verandering in biodiversiteit te meten is. De Natuurwaarde graadmeter 2, zoals hij heet, geeft een beeld van de jaarlijkse veranderingen in de ecosysteemkwaliteit van natuurgebieden in Nederland.
De graadmeter, die een onnauwkeuriger versie vervangt, geeft aan hoe de landelijk gemiddelde mate van voorkomen van soorten afwijkt van een intact systeem. Hij sluit beter aan op het beleid en kan daardoor een grote rol spelen in evaluaties van de natuurbeleidsdoelen.
Nadelig aan de Natuurwaarde graadmeter 2.0 is dat hij niet geschikt is om aan te geven hoeveel hectaren een goede kwaliteit heeft. De gemiddelde situatie bestaat meestal namelijk uit goede en minder goede locaties. Bovendien is niet af te leiden of een specifiek natuurgebied wel of niet een goede kwaliteit heeft.
De gemiddelde ecosysteemkwaliteit is bepaald op basis van de metingen uit het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM) voor vogels, vlinders, planten en reptielen. De onderscheiden ecosystemen zijn: bos, heide, open duin, moeras en halfnatuurlijk grasland.
Reacties