De stadsregio Arnhem-Nijmegen krijgt haar eigen Groene Hart van 1500 hectare groot: Park Lingezegen. Het accent moet komen te liggen op recreatie, water en natuur. Het Rijk heeft geld beschikbaar gesteld voor de ontwikkeling van dit gebied, maar om aanspraak te kunnen maken op dit potje moest er snel een plan op tafel komen. Voor het daarbij behorende MER waren zeven maanden beschikbaar. De milieueffectrapportage werd benut als aanjager voor de inhoud en een interactief proces. Tijdens inloopavonden konden betrokkenen met geavanceerde ‘maptables’ en digitale stiften zelf aan de slag.
TOETS011026ParkLingEzEgEninSTadSrEgiOarnhEm-nijmEgEnhETmEraLSaanjagErdestadsregioarnhem-nijmegenkrijgthaareigengroenehartvan1500hectaregroot:ParkLingeze-gen.hetaccentmoetkomenteliggenoprecreatie,waterennatuur.hetrijkheeftgeldbeschikbaargesteldvoordeontwikkelingvanditgebied,maaromaanspraaktekunnenmakenopditpotjemoestersneleenplanoptafelkomen.VoorhetdaarbijbehorendemErwarenzevenmaandenbeschikbaar.demilieueffectrapportagewerdbenutalsaanjagervoordeinhoudeneeninteractiefproces.Tijdensinloopavondenkondenbetrokkenenmetgeavanceerde`maptables'endigitalestiftenzelfaandeslag.janBoschenBastiaankokCASE-STUDYTOETS011027DE AUTEUrsJan Bosch (0570-639347, jan.bosch@dhv.com) en Bastiaan Kok (0570-639347, bastiaan.kok@dhv.com) zijn beiden werkzaam bij advies- en in-genieursbureau DHV. Zij zaten in het projectteam van het MER ParkLingezegen, dat in opdracht van de provincie Gelderland is opgesteld.het toekomstige Park Lingezegen ligt centraal in de stads-regio Arnhem-Nijmegen. Deze regio is de laatste decenniain een hoog tempo verstedelijkt. De twee steden vormen denoord- en zuidgrens en zijn in het recente verleden de rivierovergestoken. Hiermee is de verstedelijking zich gaan con-centreren in het middengebied: het grondgebied van de gemeenten Linge-waard en Overbetuwe. Arnhem bouwt inmiddels aan de Vinex-wijk Schuyt-graaf en ten noorden van de Waal verrijst de Vinex-locatie De Waalsprong.Ten oosten van de kern Elst wordt Westeraam ontwikkeld. De Vinex-wijkenKlein Rome en Klaverkamp bij Bemmel zijn reeds gerealiseerd. Wanneerdeze nieuwbouwplannen zijn afgerond, wonen er straks circa 160.000 men-sen tussen Arnhem en Nijmegen. Naast de stedelijke uitbreidingen leggeninfrastructurele werken als de Betuweroute en de A325 een aanzienlijkeclaim op het huidige landschap.Versterking omgevingskwaliteitAls tegenhanger van deze grootstedelijke ontwikkeling heeft het Rijk eendeel van dit gebied aangewezen als Rijksbufferzone. Hier is geen plaatsvoor verdere uitbreiding van rode functies en is er een focus op de verster-king van de omgevingskwaliteit. De ontwikkeling van Park Lingezegengeeft invulling aan deze opgave door behoud en versterking van de groeneen recreatieve kwaliteit van het gebied tussen Arnhem, Nijmegen, Elst enBemmel. Park Lingezegen wordt geen traditioneel park, zoals het Vondel-park of het Amsterdamse Bos. Park Lingezegen moet `het Groene Hart' wordenvan de stadsregio Arnhem-Nijmegen. Belangrijkste doelstelling van hetpark is het voorzien in een kwalitatief hoogwaardig uitloop- en recreatiege-bied voor de (toekomstige) bewoners van de stadsregio. Daarbij zal het parkinvulling geven aan de opgave voor het realiseren van ecologische verbin-dingszones in noord-zuid- en oost-westrichting, die onderdeel uitmakenvan de ecologische hoofdstructuur. Park Lingezegen wordt 1.500 hectaregroot en is opgedeeld in vijf deelgebieden die elk een eigen karakter krijgen.Het project wordt aangestuurd door de stuurgroep Park Lingezegen, waar-in de bestuurders van de gemeenten Lingewaard, Overbetuwe en Arnhem,provincie Gelderland, Waterschap Rivierenland, Stadsregio Arnhem-Nijmegen en Staatsbosbeheer zitting hebben. De provincie Gelderland zitde stuurgroep voor en is de formele trekker van de m.e.r.-procedure.Deze publieke instanties en het Rijk hebben financi?le middelen vrijge-maakt om een eerste aanzet te geven voor de inrichting van het park en hetdoen van grondaankopen. Dit resulteert in de `Basisuitrusting' van hetpark met een looptijd tot 2013. Met de realisatie van deze Basisuitrustingworden de eerste contouren van het park zichtbaar. Zo worden door hetgehele gebied wandel- en fietsroutes aangelegd en krijgt het park duidelijkepublieke ingangen. Naast de Basisuitrusting is er het `Streefbeeld 2025', dateen impressie geeft van hoe Park Lingezegen eruit zou kunnen gaan zienover ongeveer twintig jaar. Wat het daadwerkelijk gaat worden, hangt afvan de nadere uitwerking van de plannen van de betrokken overheden ende initiatieven van bedrijfsleven, particulieren en investeerders. Zij mogenmet idee?n komen om het park verder vorm te geven. Passen aangedragenplannen in de filosofie van het park, dan zijn de betrokken overhedenbereid hun medewerking te verlenen. Daarbij is de ambitie om medio 2010helderheid te verschaffen over de uiteindelijke invulling van het streef-beeld.Verschillende schaalniveausDe ambitie voor de realisatie van het park is uitgewerkt in de startnotitieMER. Hierin is de ambitie omgezet in concrete doelen: recreatiedoelen, na-tuurdoelen en waterdoelen. Daarnaast is als belangrijke randvoorwaardeHet plangebied voor Park Lingezegen. In de inzet de verschillende deelgebieden.TOETS011028CASE-STUDYgesteld dat er duurzaam ruimte (300 hectare) behouden blijft voor land-bouw in het gebied.De doelen op recreatief, natuur- en watergebied en de randvoorwaarde tenaanzien van landbouw kunnen in potentie samenhangen, maar ook tegen-strijdigheden bevatten. Zo kan een intensieve recreatieve invulling van eendeelgebied ten koste gaan van bestaande of te realiseren ecologische waar-den. Of kan de realisatie van de regionale waterbergingsopgave ten kostegaan van landbouwareaal. Andersom kan bijvoorbeeld de ontwikkelingvan nieuwe watergangen bijdragen aan de recreatieve waarde van een ge-bied (kanoroutes, visplaatsen, e.d.). Of kunnen ingrepen in het verkeers-systeem zowel ongewenst sluipverkeer tegengaan als een bijdrage leverenaan de veiligheid en rust voor fietsers en wandelaars in het park.De bovenstaande aanpak om tot de realisatie van Park Lingezegen te komen,heeft geleid tot een proces waarin nog meerdere keuzes moeten wordengemaakt op verschillende schaalniveaus. Op structuurniveau zijn er nogkeuzes te maken over de locaties van de geplande grotere recreatievepubliekstrekkers en het verkeerssysteem. Op inrichtingsniveau gaat hetonder andere om keuzes omtrent waterberging en ontgrondingen.De gereserveerde rijksgelden komen te vervallen na 2013. Daarom is hetzaak om de planologische procedures in zeer korte tijd te doorlopen, ten-einde snel te kunnen starten met de daadwerkelijke realisatie van het park.De doorlooptijd voor de m.e.r. werd vastgesteld van februari tot augustus2009. Vervolgens diende het MER te worden vastgesteld door de gemeente-raden van beide grondgebiedgemeenten. Gezien deze korte doorlooptijdvan het project was het zaak snel vorm en inhoud te geven aan beideschaalniveaus en deze te verbinden.Aanjager inhoudBinnen het plangebied ligt de opgave om te komen tot een duurzaam enrobuust watersysteem, waarbinnen het reserveren van ruimte voor water-berging een belangrijk onderdeel is. Daarbij vormt de integratie van dewater- met de natuur- en recreatieopgave in het noordelijke deel van hetplangebied een belangrijk inrichtingsvraagstuk.Op verkeerskundig vlak heeft het gebied te kampen met een hoge verkeers-druk en een weinig logische verkeersstructuur. Bij het kiezen van de moge-lijke locaties voor publiekstrekkers is de huidige verkeerssituatie een be-langrijk vertrekpunt. Er is inzicht nodig in de draagkracht van de huidigestructuur om te bezien of deze de toekomstige ontwikkelingen aankan.Vanuit ecologisch perspectief heeft het plangebied in de huidige toestandeen geringe betekenis voor bijzondere natuurwaarden. Daarbij is het ge-bied niet uitputtend ge?nventariseerd op de aanwezige ecologische waar-den. In de beleidsdocumenten wordt wel aangegeven dat het versterkenvan natuurwaarden en van ecologische verbindingen een essenti?le opgaveis. Dit vraagt om inzicht in het ecologische systeem, opdat de inrichtinggoed wordt afgestemd op de bestaande of te ontwikkelen waarden.Uit de bovenstaande kenschets blijkt dat de thema's water, ecologie en ver-keer een zwaarwegende en structurerende stempel drukken op de uitein-delijke inrichting van het gebied. Hierop is besloten om een eerste verdiepings-slag te maken op deze milieuthema's.De verdiepende studie naar de drie hoofdthema's heeft inzicht gegeven inhet huidige functioneren van het projectgebied. Hiermee zijn tevens demarges in beeld gebracht waarbinnen de gestelde doelen realiseerbaarzijn. In het verlengde hiervan zijn het bestaan, de gebreken en de kansenvan de samenhang tussen de verschillende schaalniveaus expliciet gemaakten vormgegeven. Dit biedt de mogelijkheid om aan te geven wat de belang-rijkste effecten van de uiteindelijke inrichtingsvoorstellen zijn.Concreet betekent dit dat per deelgebied de vastliggende en variabelebouwstenen zijn geformuleerd. Zo is de aanleg van de ecologische verbin-dingszone in alle deelgebieden een vastliggende bouwsteen. In de noorde-lijke deelgebieden kan nog gevarieerd worden in de mate van verdichtingTOETS011029van het recreatieve netwerk. Ook kent het verkeersluw maken van het ge-bied nog meerdere gradaties.Tevens zijn in deze fase de locaties voor mogelijke recreatieve voorzienin-gen vastgelegd. Deze potenti?le locaties zijn op grond van huidige ontslui-ting, landschappelijke inpassing, gevolgen voor externe veiligheid eneffecten op ecologie aangewezen. Vervolgens zijn op basis van omvang, ver-keersaantrekkende werking en uitstraling een tiental mogelijke recreatie-ve functies geselecteerd uit een lijst van private initiatieven. Het gaat hieronder andere om een duikcentrum, een recreatieve strip langs de Rijkers-woerdse plassen en een wellnessresort. Met het combineren van functiesen locaties is in de alternatieven gevarieerd, zodat inzichtelijk wordt waarwelke functie het beste valt in te passen. Deze gebiedskennis is vervolgenscontinu en op een interactieve wijze in het proces ingebracht ten behoevevan zowel de bestuurders als de toekomstige gebruikers.Aanjager interactie en draagvlakOm op basis van de bouwstenen tot geschikte alternatieven te komen, iseen interactieve workshop met de leden van de stuurgroep gehouden. Indeze workshop zijn vooral voor de Basisuitrusting en het Streefbeeld 2025de mogelijke alternatieven voor het MER besproken. Zo zijn met name debandbreedtes van het recreatief programma verder uitgekristalliseerd enheeft er een inhoudelijke verdieping plaatsgevonden in mogelijke variatiesin afstemming van natuur met waterberging en recreatie in het noordoos-telijk deel van het plangebied. Na een bestuurlijke workshop is de alternatie-venstudie afgerond en zijn de alternatieven in concept opgesteld.Al bij de eerste tekenen van het ontstaan van Park Lingezegen is er eenvastberaden groep van grondeigenaren, grondgebruikers en bewoners op-gestaan. Deze groep is bezorgd dat hun belang binnen de planontwik-keling van het park onvoldoende is vertegenwoordigd. De gedeelde visievan deze groep is dat alles zoveel mogelijk bij het oude dient te blijven endat de nieuwe functies het huidige gebruik niet in de weg mogen staan.Al aan de start van het planproces heeft de stuurgroep de belangen vandeze actieve groep onderkend. Hierop is nadrukkelijk besloten om, ookbuiten de ge?igende paden van beroep en bezwaar, de burger actief tebetrekken bij het planproces. Hieraan is vorm en inhoud gegeven door mid-del van meerdere inloopavonden in de grondgebiedgemeenten. Bij dezeinloopavonden zijn maptables ingezet. Dit zijn interactieve tafels voorzienvan een touchscreen. In het geval van het project Park Lingezegen zijndiverse luchtfoto's, topografische en thematische kaarten en de inrich-tingsalternatieven ingeladen. Op het scherm kon op perceelsniveau wordeningezoomd en met een digitale pen konden eventuele opmerkingen ofidee?n worden gevisualiseerd. Ook inhoudelijke opmerkingen werden viaeen ingebouwde tekstverwerker meteen genoteerd en opgeslagen. Voor deaanwezigen werd op deze wijze snel inzichtelijk wat een inrichtingsvoor-stel voor hun directe omgeving betekent, en zij konden hun reacties daaropsnel kwijt.Een deel van de opmerkingen tijdens de inloopavonden had betrekking opeffecten die van de voorgestelde ontwikkelingen uitgaan. Deze zijn groten-deels meegenomen in de effectbeoordelingen van het MER. Daarnaast iseen aantal opmerkingen rechtstreeks van invloed geweest op de definitieveuitwerking van de alternatieven. Deze alternatieven vormden de opmaatvoor het formuleren van het Voorkeursalternatief.Het VoorkeursalternatiefDe discussie en besluitvorming tijdens diverse ambtelijke en bestuurlijkeoverleggen rondom het Voorkeursalternatief (VKA) is via twee lijnen verlo-pen. In de eerste lijn zijn de alternatieven in hun geheel meegewogen invoorkeuren en keuzes. Soms zijn losse onderdelen uit de alternatievenbediscussieerd. Het gaat dan bijvoorbeeld om een deelgebied of een bouw-steen. Concreet zijn er op 19 onderdelen specifieke keuzes voor het VKAgemaakt. In de tweede lijn is ook de input vanuit de kostenraming en matevan doelbereik van de alternatieven meegewogen in de uiteindelijke voor-keuren voor het VKA.Na een toets van het VKA aan de ambities en doelen voor het Park, bleek dathet VKA voldoet. Er is voldoende openbaar toegankelijk gebied gecre?erd ener is maximaal invulling gegeven aan de recreatieve ambities. DaarnaastInteractieve planvorming met maptables.TOETS011030CASE-STUDYwordt er voldoende ruimte gereserveerd voor deaanleg van grote eenheden natuur, ecologischestapstenen, natte en droge verbindingszones. Ookvoorziet het VKA in de behoefte aan 28 hectarewaterberging in het gebied. Er is weliswaar eenafname van het areaal landbouw, maar aan derandvoorwaarde dat 300 hectare landbouw-bestemming behouden blijft, wordt ruimschootsvoldaan.Het MER dient als input voor de verdere procedu-rele stappen. Op basis van het MER is een interge-meentelijke structuurvisie Park Lingezegen opge-steld. In deze structuurvisie worden de keuzen opstrategisch planologisch niveau gemaakt. Belang-"PosiTiEf, mAAr ook zEErinTEnsiEf"Gevraagd naar een reactie, berichtte een verte-genwoordiger van de provincie Gelderland alsvolgt: "De provincie Gelderland heeft het procesom te komen tot het MER voor Park Lingezegen alspositief, maar ook als zeer intensief ervaren. Onderhoge tijdsdruk is een MER tot stand gekomen datdoor alle in de parkorganisatie betrokken partijenals aanvaardbaar is aangemerkt. De uiteindelijkerealisering van het park is zo een grote stap dich-terbij gekomen."rijkste kader hierbij is het VKA. De structuurvisiebevat het beleid tot 2025 voor het plangebiedvan Park Lingezegen. De structuurvisie vormtmomenteel weer de basis voor het opstellen vantwee bestemmingsplannen. Op basis van dezenieuwe bestemmingsplannen kan de daadwerke-lijke inrichting en uitvoering van werkzaamhe-den ten behoeve van Park Lingezegen plaats-vinden.Tot slotTen tijde van publicatie van dit artikel liggen hetMER en de intergemeentelijke structuurvisie terinzage. Dan zal daadwerkelijk blijken wat de toe-gevoegde waarde is geweest van de interactievemomenten met de bewoners en gebruikers. Devraag is of iedereen bereikt is tijdens de inloop-avonden. De vraag is ook of de reacties naar te-vredenheid van de gehoorden in de uiteindelijkeinrichtingsplannen zijn terechtgekomen.Wat dit m.e.r.-proces wel bewijst, is dat wanneerde m.e.r.-procedure ten volle wordt benut, hier-van een versnellende werking kan uitgaan. Doorde belangrijkste milieuthema's leidend te latenzijn, kan het scheiden van hoofd- en bijzaak wor-den vergemakkelijkt. Ook heeft dit MER de vin-ger op d?e aspecten gelegd, waarover nog be-stuurlijk knopen moesten worden doorgehakt.Het gaat hier dan in het bijzonder over de situe-ring van de recreatieve publiekstrekkers en hetcombineren van de opgaven op het gebied vanwater, ecologie en verkeer.Door de bevindingen uit de diverse studies gedu-rende de m.e.r. tijdig voor te leggen aan de be-trokken bestuurders, en te verlangen dat erdefinitieve keuzes worden gemaakt, is er eenprocesversnelling ontstaan. Overigens dienthierbij te worden vermeld dat een daadkrachtigbestuur een vrijwel onontbeerlijke voorwaardeis om de diverse besluitvormingsrondes soepelte laten verlopen.De resterende opgave ligt nu in de planologischevertaling in bestemmingsplannen en de daarbijhorende procedurele stappen om te komen totde daadwerkelijke realisatie van het `GroeneHart' tussen Arnhem en Nijmegen.Resultaat van alle inspanningen: het Voorkeursalternatief.
Reacties